Woordenschat: Goedertierenheid
De vorige keer hebben we twee woorden besproken: ‘gerechtigheid’ en ‘rechtvaardigheid’. Deze twee woorden hebben alles te maken met onze verhouding tot God. Opnieuw zagen we hoe groot het wonder is dat God ons door Zijn Zoon weer heeft aangenomen tot Zijn kinderen.
Deze keer willen we het woord ‘goedertierenheid’ gaan bespreken. Lees je mee?
Betekenis
‘Goedertierenheid’ is vast niet een woord wat je heel vaak gebruikt. Je hoort het waarschijnlijk alleen maar als er uit de Bijbel wordt gelezen. Daarom is het goed om stil te staan bij dit woord, want in de Bijbel wordt dit woord heel vaak gebruikt. Zeker in het Oude Testament.
In het Hebreeuws wordt er een woord gebruikt dat niet te vertalen is door één woord in het Nederlands. In ieder geval heeft het te maken met goedheid, die zich uit naar anderen. Het gaat dus uit van een relatie. In de Bijbel lezen we over de relatie die God met de mensen aangaat. God sluit dan een verbond. God laat in dit verbond zien dat Hij ‘goedertieren’ is. Je kunt ‘goedertierenheid’ niet los zien van het verbond.
Laten we samen kijken op welke manier deze ‘goedertierenheid’ in de Bijbel wordt beschreven. Ook nu beginnen we bij het Oude Testament. Lees je mee?
De goedertierenheid van God
Lezen: 2 Samuël 7:1-17
Jullie kennen allemaal koning David wel. Koning David was een koning die door de HEERE was uitgekozen om koning over Israël te zijn. Koning David heeft in zijn leven laten zien dat hij de HEERE wilde dienen. Maar, we weten ook dat hij ook verkeerde dingen heeft gedaan. Weet je nog dat hij Uria expres vooraan in het leger liet staan, zodat hij gedood werd in de oorlog? Koning David wilde namelijk met de vrouw van Uria, Bathseba, trouwen. Koning David werd door de HEERE gestraft, want het kindje van Koning David en Bathseba stierf.
Deze geschiedenis vind je in 2 Samuël 12.
Koning David was dus een koning die zich wel wilde houden aan de eisen van het verbond, maar ook hij ging steeds weer in tegen Gods verbond.
Het gedeelte wat we samen gelezen hebben staat iets voor deze geschiedenis. Koning David heeft de ark van de HEERE naar Jeruzalem gebracht. Weet je nog dat hij huppelde van blijdschap? Zijn vrouw Michal vond dat maar niks.
En nu hebben we gelezen dat koning David graag een huis voor de HEERE wil bouwen. Hij spreekt hierover met de profeet Nathan. Deze profeet geeft hem dan de volgende boodschap van de HEERE:
Wanneer uw dagen voorbij zijn en u met uw vaderen ontslapen bent, zal Ik uw nakomeling na u, die uit uw lichaam voortkomt, doen opstaan en Ik zal zijn koningschap bevestigen.
Die zal voor Mijn Naam een huis bouwen, en Ik zal de troon van zijn koningschap voor eeuwig bevestigen (2 Samuël 7:12, 13).
Koning David mag het huis van de HEERE niet bouwen. Koning David is de koning die het rijk van Israël mag opbouwen, hij is een koning die oorlog voert. Het huis van God mag pas gebouwd worden als er rust is en dat zal zijn bij Davids zoon. Dit is de latere koning Salomo, een zoon van koning David en Bathseba.
Even later belooft de HEERE:”Mijn goedertierenheid zal van hem niet wijken.” De HEERE belooft trouw aan koning Salomo. Hij heeft beloofd dat uit het geslacht van koning David de Messias geboren zal worden. Je ziet hier dat ‘goedertierenheid’ alles te maken heeft met Gods trouw in het verbond. In het verbond wat Hij met Abraham heeft gesloten, heeft Hij beloofd dat de Messias zou komen. En hier belooft Hij David opnieuw dat de Messias uit zijn nageslacht geboren zal worden.
In het Nieuwe Testament lezen we ook van Gods goedertierenheid. Lees je weer mee?
Onze Zaligmaker
Lezen: Titus 3:3-5
In het Nieuwe Testament kom je het woord ‘goedertierenheid’ niet zo vaak tegen. Dat komt omdat de oorspronkelijke taal van het Nieuwe Testament niet het Hebreeuws is. Vergelijkbare woorden die je in het Nieuwe Testament tegen komt, zijn: erbarmen, barmhartigheid, genade, trouw, geloof, enz.
In het gedeelte wat we net gelezen hebben, komen een aantal woorden terug die we al eerder hebben besproken. Weet je de betekenis nog?
Hier wordt Jezus Christus ‘de goedertierenheid van God’ genoemd. Gods ‘goedertierenheid’ komt dus tot uiting in de komst van Jezus Christus. Daaruit blijkt hoe groot Gods liefde en goedheid voor ons. Hij gaat niet af op onze werken, want die zijn zondig en niet rechtvaardig. Maar in Zijn barmhartigheid is hij trouw aan Zijn verbond. Hij doet wat Hij zegt. ‘Goedertierenheid’ is dus ook hier meer dan trouw alleen. Het is trouw in het verbond. God doet wat Hij beloofd heeft.
Wat een wonder van genade! Daar mag je de HEERE elke dag voor danken.
Volkomen liefde
Lezen: Artikel 20, Nederlandse Geloofsbelijdenis
Je zult misschien denken: ‘in dit artikel komt het woord ‘goedertierenheid’ helemaal niet voor. Waarom hebben we dit gelezen?’
Als we dit artikel goed lezen, lezen we wel over Gods ‘goedertierenheid’, Kijk maar eens goed naar de betekenis. In het artikel wat we net gelezen hebben, lezen we opnieuw over Gods ‘rechtvaardigheid’ en ‘barmhartigheid’ in Christus. We hebben net besproken dat Gods ‘goedertierenheid’ tot uiting komt in de komst van Jezus Christus. Hier lezen we opnieuw hoe groot Gods liefde voor ons mensen is. Er staat zelfs:
’Zijn goedheid en barmhartigheid heeft Hij uitgestort over ons, die schuldig waren en verdienden veroordeeld te worden.’
In het woord ‘uitgestort’ komt tot uitdrukking hoe groot dit wonder is. Dan kan je niet anders dan God dankbaar zijn.
En dan kan je ook zingen:
Want goedertieren is de HEER,
zijn goedheid eindigt nimmermeer,
zijn trouw en waarheid houden kracht
tot in het laatste nageslacht.
Psalm 100:4