Sorry, u moet JavaScript inschakelen om de website te mogen bezoeken.
-A A +A

Psalm 79:1

Jaargang: 
11
Datum: 
27 dec. 2017
Nummer: 
25
Schrijver: 
Niels Bolhuis
ID:
1880

Je hebt vast wel eens beelden gezien van een land waar oorlog is. Dan zie je beelden van huizen die kapot zijn geschoten en waar heel veel dode mensen zijn. Daar word je vast wel verdrietig van.

 

In deze psalm gaat het ook over een land waar oorlog is. Het gaat over Israël. Het is waarschijnlijk geschreven in de tijd van de ballingschap. De dichter heeft het erover dat Jeruzalem in brand is gestoken. Dat de tempel is ontheiligd. En dat er heel veel doden zijn. Dat was heel verdrietig.

Maar het ergste was dat het volk hiervan zelf de schuld had. Israël had heel erg gezondigd tegen de Heere. En bleef hiermee doorgaan, ook al waarschuwde de Heere dat Hij Zijn volk hiervoor zou straffen. Dat is nu dan ook gebeurd. Er lijkt niets meer over van de belofte van de Heere. Hoe gaat het ooit weer goedkomen?

De psalmdichter geeft hier de juiste weg voor. Hij gaat op de knieën en belijdt de schuld van het volk. Hij bidt of de Heere niet meer aan de zonden van het volk wil denken. Dat Hij wil vergeven wat er allemaal aan zonden zijn gedaan door het volk Israël. Verder wijst de dichter erop dat de heidenen spotten met de Heere. Alsof de Heere niet machtig genoeg is om het volk te helpen. Dat is heel erg. Daarom roept de dichter ook om hulp van de Heere. Hij vindt het erg dat de Heere zo wordt bespot. Hij vraagt dan ook hoelang de Heere dit nog toelaat. Als Hij ze bevrijdt, dan zullen ze weer kunnen zingen over de grote daden van de Heere. Zo zou Hij weer aan Zijn eer komen.

 

Voor ons is deze psalm ook leerzaam. Wij leren dat de Heere de zonden zeer serieus neemt. Dat wij daar niet gemakkelijk over moeten denken. De Heere is heel erg boos over de zonden die wij doen. Wij moeten dan steeds weer berouwvol naar de Heere gaan. En onze schuld voor Hem belijden. Wij verdienen dan nog wel steeds straf, maar de Heere wil onze zonden toch vergeven. Niet omdat wij zo goed zijn, of beter dan Israël toen. De enige reden dat de Heere onze zonde wil vergeven, is dat Jezus Christus voor onze zonden is gestorven.

Als wij beseffen hoe groot onze zonde is, dan beseffen wij ook hoe groot de genade is dat God onze zonden wil vergeven. Dan worden wij ook ontzettend dankbaar voor wat de Heere voor ons gedaan heeft en nog steeds doet. Daarom verdient Hij het ook om geprezen te worden. Zingen wij daarom ook net zoals deze psalmdichter lofliederen voor de Heere? Dat Hij voor altijd geprezen wordt?

Nee, wij kunnen dat vanuit onszelf niet. Maar daarvoor heeft de Heere Zijn Heilige Geest gegeven. Hij helpt ons hierbij. Bid daarom maar steeds weer om vergeving van jouw zonden. Maar ook om de hulp van de Heilige Geest om de Heere te kunnen gehoorzamen en Zijn Naam groot te maken.