De Christelijke feestdagen


Dat de Here Jezus is opgestaan daar denken we aan op het Paasfeest, zo hebben we dat vorige keer aan jullie verteld. We gaan vandaag vertellen over het volgende Christelijke feest; Hemelvaartsdag. Ook op deze dag denken we aan de Here Jezus die naar de aarde is gekomen om Zijn belangrijke werk te doen voor ons, zondige mensen.

De verschijningen


Nadat de Here Jezus is opgestaan hebben sommige mensen Hem gezien. De vrouwen bij het graf maar ook de discipelen hebben met eigen ogen gezien dat Jezus is opgestaan. Kleopas en zijn vriend hebben het gehoord van de discipelen maar toch begrijpen ze het niet. Ze praten hierover als ze op weg zijn naar hun huis in Emmaüs. Emmaüs is een plaatsje vlakbij Jeruzalem, ze moeten ongeveer twee uur lopen. Onderweg komt er opeens een man bij hen en deze man loopt met hen mee. De man vraagt waar ze over praten. En dan vertellen Kleopas en zijn vriend over Jezus die is gekruisigd op Golgotha. Deze Jezus kon mooie verhalen vertellen over God in de hemel. Kleopas en zijn vriend begrijpen niet dat deze man van niets weet. Woont hij niet in de buurt? Iedereen heeft er toch over gehoord? De vreemdeling loopt mee tot hun huis en ze nodigen hem uit om mee te eten. De man blijft eten en pakt het brood en breekt het. Dan pas gaan de ogen van Kleopas en zijn vriend open. Dit is...... Dit is de Here Jezus zelf! Plotseling is de Here Jezus weer verdwenen. Hij heeft nu een opstandingslichaam en kan zomaar ergens zijn en ook zomaar weer vertrekken. Kleopas en zijn vriend gaan gelijk weer op reis en nu weer terug naar Jeruzalem. Ze willen aan de discipelen vertellen wie zij hebben gezien.
De Here Jezus verschijnt ook nog aan Thomas en aan de discipelen als ze aan het vissen zijn. Zo laat de Here Jezus zien dat Hij is opgestaan. De Here Jezus verschijn niet aan alle mensen. De discipelen moeten het doorvertellen.

Hemelvaart


Veertig dagen na de opstanding loopt de Here Jezus met de discipelen naar de Olijfberg. De Here vertelt Zijn discipelen dat Hij weggaat maar dat Hij iemand zal sturen om hen te troosten. Hij zegt dat de discipelen in Jeruzalem moeten wachten. Ook geeft hij de discipelen de opdracht om als de Trooster is gekomen, om dan aan alle mensen het evangelie van Zijn dood en opstanding te vertellen. De discipelen moeten de wereld in en zo Gods grote daden verkondigen. Als ze bij de Olijfberg zijn gaat de Here Jezus omhoog. Hij gaat de lucht in. De discipelen kijken Hem na maar op den duur kunnen ze niets meer zien. Er is een wolk voor gekomen. De discipelen kijken elkaar verbaasd aan. Hun Here is naar de hemel gegaan! Zien ze Hem nu nooit weer?
Er staan opeens twee engelen bij hen en deze engelen vertellen dat de Here Jezus naar Zijn Vader in de hemel is gegaan. En dat Hij eens zal terugkomen.
De discipelen doen wat de Here tegen hun zei, ze gaan naar Jeruzalem daar wachten ze op de Trooster. Ze weten niet wat er gaat gebeuren. Ze vertrouwen op de woorden van de Here Jezus.

Psalm 47 vers 3


Zoek de goede regels bij elkaar. Vul de letters in. Welk woord lees je?
1. God vaart voor het oog,
r) zingt met hard en mond.

2. Blij bazuingeluid,
g) weest in Hem verblijd.

3. heel het wereldrond
e) met gejuich omhoog.

4. Psalmzingt Gode, zingt!
i) onze Koning eer.

5. Volken, geeft de Heer,
e) roept Zijn grootheid uit.

6. looft Zijn majesteit,
t) hoort Zijn lof weerklinkt.



V
1.

2.
3.
4.
5.
6.


De jongste dag


Wat hebben wij er nu aan dat de Here Jezus naar de hemel is gegaan? Een antwoord op deze vraag staat in de catechismus. Vraag en antwoord 49. De catechismus noemt drie dingen:
Ten eerste weten we dat Hij bij de Vader voor ons pleit. Dit betekent dat hij de Vader er telkens aan herinnert dat Hij de straf voor de zonde heeft gedragen. Zo worden wij door Christus vrijgesproken.
Ten tweede weten we dat Hij ook ons eenmaal bij Zich in de hemel zal nemen. Als we sterven komt onze ziel bij Hem en op een dag komt Hij terug om de dan nog op aarde levende kinderen te halen. Dit zal gebeuren op de jongste dag. Hij zal dan net zo weer- komen als dat Hij naar de hemel is gegaan.
Ten derde stuurde Hij Zijn Heilige Geest die in ons werkt zodat wij ons leven willen leven zoals God het van ons vraagt. We geloven door de Heilige Geest dat Jezus bij Zijn Vader is.
Het is dus een hele troost om te geloven dat de Here nu in de hemel is bij Zijn Vader.

Beantwoord de vragen en zet de beginletters van de antwoorden achter elkaar. Welk woord lees je?
1. De.....waren de baas in Israël.
(8 letters)

2. Een plaatsje vlak bij Jeruzalem. (op loopafstand van ongeveer 2 uur).
(6 letters)

3. Andere naam van de Here Jezus.
(8 letters)

4. Christelijke feestdag.
(14 letters)

5. Wie stuurt Jezus op het Pinksterfeest?
(8 letters)

6. Na de hemelvaart zien de discipelen twee....
(7 letters)

7. Jezus is de Koning van de Kerk, Hij ..... de Kerk.
(7 letters)

8. Zoon van God.
(9 letters)

9. Een discipel.
(7 letters)

10. De Here Jezus is echt God en echt mens, Hij heeft twee.....
(7 letters)

11. Vrienden van de Here Jezus
(10 letters)