Rom. 5: 5, 6:
5 en de hoop maakt niet beschaamd, omdat de liefde Gods in onze harten uitgestort is door de heilige Geest, die ons gegeven is,
6 zo zeker als Christus, toen wij nog zwak waren, te zijner tijd voor goddelozen is gestorven.Kruisdood
Paulus had in vers 5 de grond bereikt van de zekerheid van ons geloof en de vastheid van onze hoop: Gods liefde uitgestort in ons hart door de Heilige Geest. Nu steekt hij nog dieper door tot in de diepste laag van deze grond. Naar het diepste raadsel van de liefde van God: vers 6. Een vers van grote hoogte in Gods Woord.
Als we spreken over Gods liefde, dan is dat niet alleen de liefde van Christus. Nee, Gods liefde is de liefde van God Drie-enig die in Christus naar ons toekomt. Het is de liefde die God de Vader beheerst en God de Zoon en God de Heilige Geest. God is liefde (1 Joh. 4:16). God wordt door liefde gekenmerkt.
Gods liefde komt voor ons daarin het diepste tot uiting, dat God de Vader Zijn eigen innig geliefde Zoon naar deze aarde zond om de zondige wereld met zich te verzoenen. Om daar op aarde voor de zijnen te sterven aan het kruis. Vers 8 zegt van die kruisdood: dàt is het bewijs van de liefde Gods jegens ons.Middelaar Christus
Deze liefdesdaad is wel van een volstrekt onvoorstelbare grootheid en diepte. Want wij waren goddelozen, zegt vers 6. Wij hadden God los gelaten. In Adam wilden we gelijk zijn aan God en overtraden wij moedwillig Gods proefgebod, waarin Hij de mens wilde testen op zijn liefde tot Hem. Maar de mens wendde zich af van God naar de tegenstander toe. Zo versmaadden ook wij Gods liefde. Sindsdien verdienen ook wij Gods eeuwig oordeel, de eeuwige verdoemenis en buitenste duisternis.
Maar zie, in Zijn onmetelijke liefde gaf God de Vader de Zoon van zijn eeuwige liefde, die Hij volmaakt liefheeft met een volmaakt welbehagen, een goddelijke tederheid en toegenegenheid.
Hij zond Zijn Zoon, als de vlees geworden Middelaar, als de Christus. Hij zond Hem in de afschuwelijke helse Godverlatenheid. Hij spaarde Hem niet. Nee, Hij gaf Hem over om voor ons goddeloze zondaren te sterven de meest smadelijke dood onder de zondelast van de hele wereld. God ontzag Zijn eigen innig geliefde Zoon, Zijn allerdierbaarste, niet, maar gaf Hem voor ons over in de verschrikking van die dood.Te Zijner tijd
God heeft in die ondoorgrondelijke liefdesdaad Zijn raadsplan van verlossing uitgevoerd. Dat lezen we in “te Zijner tijd”. God heeft namelijk alles zo geleid dat de situatie en de omstandigheden geschikt waren voor Zijn daad van liefde. Het was dus een heel bewuste daad van goddelijke liefde.
Een daad die ook heel bewust en planmatig was voorbereid. Pas in de volheid der tijd kwam onze Heiland naar deze aarde. Dat geeft ook aan hoe de HERE zijn liefdevolle toewijding al eeuwen had getoond om deze heerlijke reddingsdaad mogelijk te maken. De komst en het werk van onze Heiland had Hij ook al eeuwen lang aangekondigd door de profeten.
Als de Here Jezus dan komt op de door God bestemde tijd, die daarmee ook Zijn tijd is, volvoert Hij daarmee Gods heilsplan geheel volgens Gods wil als daad van liefde. Zo heeft God in Christus Zijn trouw, Zijn alwetendheid, Zijn almacht, Zijn wijsheid, en al Zijn andere deugden in dienst gesteld van de liefde die Hij door Christus ons zou bewijzen.Krachteloos
Maar was er dan niets in ons dat Gods liefde opwekte? Nee! Niets! En dat is nu juist het grote raadsel. Wij waren zwak, zegt Paulus. Niet alleen goddeloos, geheel zondig, maar ook zwak, krachteloos (HSV). Niet in staat, niet bekwaam, om Gods liefde op te roepen. Niet in staat zelf verzoening te bewerken of naar God terug te keren.
Gods liefde voor ons is dus het gróótste wonder van genade, dat oneindig groter en dieper is dan wij ons kunnen voorstellen.
Toen wij geen ènkele liefde toonden, maar alleen haat, en afkeer van God, toen kwam God met Zijn onvoorstelbaar grote liefde. Hij gaf Zich Zelf in Zijn Zoon, als uiting van totaal onverdiende genadige liefde. Wij waren onwaardige hulpeloze God-hatende mensen maar worden nu overstelpt door Gods genadige liefde, die besloten ligt in het offer van Christus aan het kruis. Zo oneindig veel hoger zijn Gods wegen dan de wegen van de mens.Zo zeker
Zo is deze alles te boven gaande liefde van God de enige grond voor de volharding in het geloof en de zekerheid van het geloof. Die liefde van God mag steeds blijven werken in de harten van hen die oprecht geloven, en Gods liefde in Christus van harte aannemen.
Dat geeft rust, vrede en blijdschap. Want met het tonen van Gods onvoorstelbare liefde voor zondaren, is ook de toekomst zeker. God bestuurt alles naar Zijn plan. Het plan van Zijn liefde, van Zijn heil. Hij deed Zijn Zoon op de voor Hem bestemde tijd sterven aan het kruis. Hij zal ook in Christus en door Zijn Geest Zijn werk nu afmaken.
Ook dat mag ieder die gelooft steeds weer met meer zekerheid weten.
Zo zéker als Christus aan het kruis is gestorven voor ons toen wij nog goddeloos waren.
Zó zéker zal Hij ons nu wij verzoend zijn en mogen geloven, ook bewaren bij de verkregen verlossing. Zo zeker zal Hij ons bewaren in gevaren en aanvechtingen. Zo zeker zal Hij ons bewaren onder verleiding en verdrukking.
Om ook ons te brengen waar Zijn liefde ons wil hebben: aan de Bruiloft van het Lam.
Op de door Hem bepaalde tijd.