Evangeliebelijders!


Vakantietijd is vaak een stille tijd. Komkommertijd wordt die periode genoemd in de journalistiek. Er gebeuren, doordat velen afwezig zijn en de vergaderingen van de overheid stil liggen, vaak weinig opzienbarende dingen. Maar voor de Nederlandse politiek geldt dat op dit moment niet. Geen komkommertijd. Integendeel. Want ons land heeft een nieuwe regering nodig. Of, beter gezegd, een nieuw kabinet. Want de regering wordt gevormd door de koningin en het kabinet. En de kabinetsformatie is in volle gang. Op het moment dat we dit schrijven is nog niet te zien waar het naar toe gaat. Er wordt voorzichtig gewerkt aan “paars-plus”. Een links-liberalistisch kabinet. VVD, PvdA, Groen Links, D’66. Een kabinet waar de linkse hard schreeuwende opiniemakers al direct na de verkiezingen om riepen. Dat zou het allerbeste zijn voor het land. Een combinatie van liberale, socialistische en “groene” ideeën. Waarbij de extremen, de uitersten, worden uitgesloten. Waarbij voorlopig ook geen plaats is voor christelijke partijen.

Alle levensterreinen


Hoe moeten we daar als leden van Christus’ Kerk tegenover staan? Wat is onze roeping hierin? Trekken we ons terug en laten we alles fatalistisch over ons heen komen? Buigen we een beetje mee? Wat is de positie van de Kerk in de politiek in 2010?
Het is goed om ons op dit soort vragen te blijven bezinnen. Als gereformeerden hebben we geleerd dat het recht van onze Here gelding heeft op alle levensterreinen. Niets uitgezonderd. We hebben ook geleerd dat we als gelovigen dan ook op alle levensterreinen voor dat recht van de Here horen op te komen. Naar de mogelijkheden die de Here daarvoor geeft.
We zijn sinds de jongste reformatie heel veel bezig met kerkelijke zaken. Die vragen veel tijd en aandacht. En daarnaast is er ook nog wel het een en ander te doen m.b.t. het onderwijs. Maar het leven is meer. En het leven is één. Gereformeerden zijn geen dopersen, geen wereldmijders. Wel geheel anders maar niet wereldvreemd. Ook maatschappij en politiek mogen en moeten onze aandacht hebben. Ook daarin hebben we als kerkleden een roeping.
Christen zijn vraagt voortdurende reformatie. Doorgaande reformatie. En die doorgaande reformatie beslaat ook ons kijken naar en ons reageren op maatschappelijke en politieke ontwikkelingen.

Duidelijk


De politieke ontwikkelingen in ons land stemmen niet hoopvol. Tenminste ...... niet hoopvol wanneer we kijken naar de invloed van christelijk denken in de politiek. De jongste verkiezingen hebben veel duidelijk gemaakt. Het machtige CDA is gehalveerd in zetelaantal in de Tweede Kamer. Van de grootste partij gedegradeerd naar de vierde plaats. Op de eerste plaatsen staan nu de liberale partijen, VVD en PVV. En de grootste socialistische partij, de PvdA.
Al jaren was de verschuiving zichtbaar. Al decennia lang konden we zien hoe de partijen die voortkomen uit het gedachtegoed van de Franse Revolutie (vrijheid, gelijkheid en broederschap; geen god en geen meester) langzaam maar zeker sterker werden en steeds meer het politieke landschap gingen beheersen. En nu is dat wel heel duidelijk geworden. In die zin zijn de afgelopen verkiezingen heel belangrijk geweest. Een keerpunt. De opmars van de revolutie, die met een sterk CDA, gesteund door CU en SGP, nog enigszins te stuiten leek, of op z’n minst te vertragen, gaat nu met volle kracht door.
We waren daar toch niet verbaasd over? We zagen het toch aankomen? Dit was toch heel gewoon de uitkomst van de politieke ontwikkelingen in Nederland? En eigenlijk in heel de Westerse wereld?
We schrokken er toch niet van? Het was ons toch al eeuwen voorzegd? We wisten toch dat de oude draak hard aan het werk is, wetend dat hij nog maar weinig tijd heeft? We wisten toch dat het beest uit de zee zich steeds verder uit de golven zou verheffen? (Openbaring 13).
Nu, misschien is voor oprechte christenen wel de grootste winst van de jongste verkiezingen dat dit nu volkomen duidelijk is geworden. Volkomen duidelijk dat we in de eindtijd leven. Volkomen duidelijk dat de revolutie tegen de HERE en zijn gezalfde radicaal wordt doorgevoerd. (Psalm 2).
Volkomen duidelijk ook, en dat is dan wel hoopvol te noemen, ja, buitengewoon hoopvol voor gelovige mensen, dat Gods Woord hierin tot uitvoering komt. Dat Gods Woord volkomen waar is. Dat onze God in en door de opkomst van het beest met grote macht werkt naar de Jongste Dag. Ook in Nederland.

Ontkerkelijking


Natuurlijk worden er weer commissies aan het werk gezet om na te gaan waar die politieke verschuivingen door veroorzaakt worden. En ongetwijfeld zullen er uitvoerige documenten verschijnen en gaan er nieuwe strategieën ontwikkeld worden. Maar wie kijkt door de bril van Gods Woord, die heeft geen analyses en rapporten nodig. Die weet dat het heel eenvoudig is. De diepste oorzaak is de secularisatie. De ontkerkelijking. Dat is het verval en de leegloop van de christelijke kerken. Een verval en een leegloop die eigenlijk al vanaf de Tweede Wereldoorlog aan de gang zijn. Een trieste afgang die door goedbedoelende predikanten van de grote protestantse kerken en door behoudende roomse bisschoppen echt niet tegen te houden was en is. Dat is eigenlijk ook vanzelfsprekend. Want wat ons betreft houdt die ontkerkelijking niet alleen in dat de kerkgenootschappen in Nederland steeds minder leden krijgen en/of steeds minder meelevende leden, maar ook dat die kerkgenootschappen steeds minder vasthouden aan Gods Woord. Ja, in feite Gods Woord maken tot een mensenwoord en dus eigen menselijke ideeën daarvoor in de plaats stellen. Dat is de echte secularisatie. Dat is de echte oorzaak van de opmars van links en liberaal. Waar niet meer tegenover de revolutie het volle Evangelie gesteld wordt, daar wint onontkoombaar de revolutie. Was dat niet één van die kernachtige uitspraken van de gereformeerde staatsman Groen van Prinsterer, “tegen de revolutie het evangelie”? Wanneer het enige tegengif tegen het anti-christelijk denken niet meer toegediend wordt, of anders gezegd, wanneer het enige voedsel dat ècht leven geeft aan de mensen onthouden wordt, dan moet het wel de verkeerde kant uitgaan. Gods Woord en de geschiedenis van kerk en land en wereld geven ons daar vele voorbeelden van.
Waar de verkondiging van het Evangelie zijn kracht verliest, daar wint het anti-evangelie, daar wint de “blijde boodschap” van de mens die zichzelf tot God wenst te zijn.
Dat is ontkerkelijking. En wat er verder ook aan strategische en analytische studies verschijnt, dat is de diepste oorzaak van de verschuivingen in de Nederlandse politiek.

De Kerk


We moeten dat als leden van Christus’ Kerk scherp blijven zien. Als we goed zicht hebben op de ontwikkelingen, dan kunnen we ook onze wapenrusting goed op orde houden. Dan weten we waar de strijd tegen gaat. Niet alleen in de kerk maar ook in de maatschappij en de politiek.
In die strijd draait het om de Kerk. Om de Kerk van Christus. Om de wettige vergadering van hen die zich door Christus geroepen weten en gehoorzaam komen op zijn roepen.
De ruimte is hier te kort om de betekenis van de Kerk voor de politiek grondig uit te werken. Dat hoeft ook niet. In 1948 (meen ik te weten) verscheen een prachtige uitgave hierover. Het ging toen over de gevolgen van de Vrijmaking voor de samenwerking in de politiek. “Kracht en doel der politiek”, van de hand van prof. C. Veenhof en A. Zijlstra, namens vijftien vooraanstaande predikanten en broeders, heruitgegeven door J.F. de Leeuw in 1988. Voor wie serieus wil studeren op het onderwerp een belangrijke en echt gereformeerde uitgave. Deze forse brochure is vast nog wel ergens te krijgen. We bevelen het van harte aan.
Vast staat dat het gaat om de Kerk. Om de ware, wettige Kerk. Daar, in de Kerk, wordt het Evangelie verkondigd. Daar krijgen de gelovigen alles mee wat ze nodig hebben om in de wereld hun roeping te kunnen vervullen. Daar krijgen ze ook alles mee, uit Gods Woord, om hun politieke roeping te kunnen vervullen. Als de kerk Gods Woord los laat wordt niet alleen die roeping onduidelijk maar gaat ook de noodzakelijke toerusting ontbreken.
We weten en we zien het gebeuren, ja, we maken het gewoon mee, dat de Kerk in Nederland en in heel de Westerse wereld, naar de marge gedrongen wordt. Dat moet zo gaan. Voor de Kerk is in de stad van de mens geen plaats. Zeker geen publieke plaats. De valse kerk mag nog een poosje meedoen. Zij kan de revolutie toch niet tegenhouden. Integendeel, zij maakt gemene zaak met de wereld (Openbaring 17 en 18). Want het echte onverkorte Evangelie klinkt er niet meer.
Maar de stem van het Evangelie, de stem van Christus’ Kerk, zal steeds minder gehoord worden in de samenleving. De mogelijkheden om in de politiek op te komen voor Gods recht zullen steeds verder worden ingeperkt. O.a. de SGP weet hier over mee te praten.

Onze politieke roeping


Als het gaat om de Kerk en als tegelijk de stem van de Kerk steeds verder wordt ingeperkt, als de mogelijkheden om op te komen voor Gods recht op alle levensterreinen, steeds minder worden, wat is dan onze politieke roeping vandaag, in 2010?
Het doel van al ons menselijk handelen is het groot maken van de Here. Opkomen voor Zijn recht op alle terreinen van het leven. Dat is, in de woorden van bovengenoemde brochure, heel eenvoudig het Evangelie belijden. Gods verlossende Woord naspreken. Dat is dus ook het doel van al ons bezig zijn op het politieke terrein.
Onze roeping: het Evangelie belijden in de politieke situatie van vandaag.
Hóe we dat doen, hóe we die roeping vervullen, hangt niet alleen af van onze ijver voor de Here maar ook van de mogelijkheden die de Here ons geeft. Heel lang hebben we de mogelijkheid gehad om als leden van Christus´ Kerk een eigen politieke partij te onderhouden. Gefundeerd op Schrift en belijdenis. Nauw verbonden aan de Kerk. Nauw verbonden met de vergadering waar de leden de toerusting ontvingen om hun roeping in de politiek te vervullen. Dat was het GPV. Die mogelijkheid is, gelijk opgaand met het verval van de kerk, verdwenen. Het GPV heeft het fundament van Gods Woord, en daarmee de band met Gods Kerk, losgelaten en is opgegaan in de ChristenUnie. Helaas een partij die niet meer onverkort opkomt voor het koningschap van de Here. Een partij die steeds meer trekken gaat vertonen van het vroegere CDA: niet te radicaal, niet te scherp, niet getuigend, zakelijk, meer praktisch en minder principieel, zeer bereid tot het sluiten van compromissen, en ondanks de strijd die ook de CU op haar manier nog voert, toch mee verantwoordelijk voor antichristelijke ontwikkelingen in de politiek.
Zo´n `eigen` politieke partij is op dit moment dus niet meer mogelijk.

Ja, er is nog een andere christelijke partij. Een partij die ons zeer sympathiek is. Een partij die nog wel getuigt! Een partij die nog wel hardop durft te zeggen dat de Here bepaalde zaken aan alle mensen verbiedt. Een partij die nog wel uit de Bijbel durft te citeren in raden en staten. De SGP.
Zouden we dan niet moeten proberen in die SGP onze politieke roeping te vervullen? Of moeten we vaststellen dat ook daar onze roeping niet ligt?
Het Evangelie belijden, dat houdt ook in wijzen op de Kerk. Dat houdt in: duidelijk maken dat de HERE zich ook in Nederland een gemeente heeft verkoren. Dat houdt in: duidelijk maken waar die Kerk is. Waar de HERE naar toe roept.
En dat is, ondanks heel veel dat naar de Schrift is, waar de SGP mank gaat. Het is een interkerkelijke partij die dus niet op de Kerk kan wijzen. Op dat gebied is er geen eenheid. Een partij als de SGP gaat uit van een geestelijke eenheid. Die geestelijke eenheid ervaren we ook voor een deel. Maar waar het gaat om de schriftuurlijke belijdenis van Christus´ Kerk is die onmisbare geloofseenheid er niet. Dat maakt een lidmaatschap van die partij wel heel erg moeilijk, zo niet onmogelijk. In die zin kunnen we ook langs die weg onze roeping niet uitoefenen.

Evangeliebelijders!


Dat neemt niet weg dat de kern van onze politieke roeping nog recht overeind blijft. Groen van Prinsterer formuleerde 140 jaar geleden zijn politieke roeping met de woorden:
    `Een Staatsman niet! Een evangeliebelijder.
    Mijn eigen leus. Zij is het nog. Mits in de beteekenis die ik er zelf aan geef en aan gaf. Namelijk dat ik, eensgezind met de christelijk-protestantsche aspiratiën van het Nederlandsche volk, in de belijdenis van het Evangelie de kracht en het doel mijner politiek stel.` (Geciteerd via bovengenoemde brochure)

Evangeliebelijders!
Als we vragen naar onze roeping in de politiek, vandaag, in 2010, in de tijd dat de aspiraties van het Nederlandse volk heel andere zijn geworden, dan is niet het eerste dat we moeten proberen invloed te krijgen. Dan is niet het eerste dat we moeten proberen ons te organiseren. Het eerste is: we moeten evangeliebelijders zijn! De kern van onze roeping is en blijft dezelfde. In 1870. In 1948. In 2010.
We moeten getuigen van Gods Woord. Van Gods koningschap. Van Gods Kerk.
En dan blijft er tot nu toe toch nog het een en ander te doen. Dat belijden, dat doen we met onze woorden en met onze daden. Ook al worden we slecht gehoord, we kunnen getuigen door het uitbrengen van onze stem. Bij verkiezingen. Door die ene partij te steunen die nog rechtuit voor Gods eer opkomt, die nog op belangrijke onderdelen het Evangelie belijdt. Door die ene partij te steunen die nog schriftuurlijk getuigt.
En natuurlijk met ons gebed. Bidden is niet niks doen. Integendeel. Bidden is een belangrijke activiteit in Gods Koninkrijk. Als alle mogelijkheden om publiek te getuigen ons uit handen zouden worden geslagen, dan nog blijft het gebed. Het gebed om kracht te verlenen aan het spreken van hen die nog willen getuigen. Het gebed om hen moed te schenken als ze tegen de publieke opinie in moeten spreken. Als ze misschien belachelijk gemaakt worden. Als ze agressief worden benaderd. Het gebed om ook hun werk te willen inschakelen in de gang naar de Jongste Dag.
Heel praktisch wellicht ook door misschien bij plaatselijke politieke activiteiten, als we daartoe van de Here de gaven hebben ontvangen, mee te discussiëren....... Door, als dat zo uitkomt, publiek naast de vertegenwoordigers van de SGP te gaan staan...... Via een ingezonden in een plaatselijk blad ....... Door broeders en zusters te dienen met een onderbouwd stemadvies ....... Door met andere geïnteresseerde kerkleden de politiek te volgen en te bespreken ........ Soms worden er in gemeentelijke commissies onafhankelijke leden gevraagd. ........ Ach, en misschien doen zich nog andere mogelijkheden voor. Mogelijkheden om een Bijbels getuigenis te laten horen voor bestuur en politiek.
Bovenal is het onze roeping Kerk te blijven. En ons als zodanig ook bij de overheid bekend te maken. En in onze eigen plaatselijke of regionale omgeving. Ook dat, ja, juist dat, Kerk blijven, dat is trouw vast blijven houden aan Gods Woord, zonder daarvan ook maar iets op te geven, blijven getuigen dat de Here zijn volk heeft in Nederland, dat is het Evangelie belijden.

Zin?


De vraag komt gemakkelijk op hoeveel zin al die “kleine” activiteiten hebben. Wat bereiken we er mee? Nu, dan moeten we eerst vaststellen dat dingen die we in het geloof doen voor mensen misschien maar klein zijn maar in Gods Koninkrijk niet. De Here wil onze gelovige activiteiten inschakelen in zijn werk. Hij verleent er kracht aan! Grote kracht! Want als we Evangeliebelijders zijn, als dat Woord van God hoorbaar of leesbaar of zichtbaar wordt, dan heeft dat altijd uitwerking. Ten goede of ten kwade. Wij zien dat niet. Maar we weten het wel. De Here heeft het gezegd.
Zin? Politiek bewust zijn? Zin? Getuigen waar en hoe dat mogelijk is? Zin? Duidelijk maken dat er nog altijd een Kerk is in Nederland?
Ja! Het heeft zin. Onze God geeft er zin aan.
We trekken ons niet dopers terug. We laten niet fatalistisch alle levensterreinen over aan de vijand. We laten maar niet onverschillig alles over ons komen. We zijn niet verbaasd als het steeds moeilijker wordt voor de Kerk. We laten ons niet bang maken voor de toekomst.
We zullen heel eenvoudig, ook op het levensterrein van de politiek, doen wat onze hand vindt om te doen. Zonder grootspraak. Zonder acties. Wel trouw. Onze politieke roeping, ook na de verkiezingen van 2010.
Evangeliebelijders!