Apostolische Geloofsbelijdenis contra Islam (3)


In de koran wordt Jezus Isa genoemd. En Hem Allahs zoon noemen is godslasterlijk. We zagen dat al eerder. Bij Allah lijkt Isa op Adam. Soera 3: 59: “De gelijkenis van Isa is bij Allah als de gelijkenis van Adam, die hij schiep van stof, waarna hij tot hem zeide: Wordt – en hij werd.”
Dus geen zoon van Allah maar schepsel.

De Heilige Schrift leert ons anders. In Matteüs 16: 16 antwoordt Petrus op de vraag van Jezus: `Wie zegt gij dat Ik ben? Gij zijt de Christus, de Zoon van de levende God.`
In I Johannes 5: 12: `Wie de Zoon heeft, heeft het leven; wie de Zoon van God niet heeft, heeft het leven niet.`
In Johannes 10: 30 zegt Jezus: `Ik en de Vader zijn één.`

Hoewel de koran met eerbied over Isa spreekt is hij geen god. In Soera 5: 116 lezen we: `En toen Allah zeide: O Isa, zoon van Marjam, hebt gij gezegd tot de mensen: Neemt u mij en mijn moeder tot goden buiten Allah? – Hij zeide: Geprezen zijt gij! Niet is het aan mij, dat ik iets zeg, waartoe ik geen wezenlijk recht heb; indien ik het gezegd had, dan zoudt gij het weten: Gij weet wat in mijn ziel is, maar ik weet niet, wat in uw ziel is; gij zijt de kenner der verborgenheden.`
Uit deze tekst blijkt:
Isa weet niet wat er in Allahs ziel is. Hier zien we weer eens de grote tegenstelling tussen Isa en Jezus.
Uit deze tekst blijkt ook dat de koran de drie personen van de Drie-eenheid van de christenen ziet als God, Isa en Marjam. Dat Marjam hier als derde persoon genoemd wordt komt waarschijnlijk door de Rooms-Katholieke verering van Maria.
Zeer nadrukkelijk wordt in de koran de eenheid van Allah geleerd. Als voorbeeld citeren we Soera 112: `Zeg: Hij Allah is één – Allah is de eeuwige – Niet heeft hij verwekt noch is hij verwekt – en niet is één aan hem gelijkwaardig.`
Isa is niet Heer, Die met de Vader alle ding regeert. Hij is slechts dienaar van Allah zoals dat staat in Soera 4: 172: `Niet zal de Masih (= Isa) versmaden een dienaar te zijn van Allah.`
Ook is Isa een profeet zoals de andere Bijbelse profeten, Soera 61: 6: “En toen Isa, de zoon van Marjam zei: O zonen Israils, ik ben de boodschapper Allah’s .......”
In Soera 4: 171 lezen we: “Immers Masih Isa zoon van Marjam is slechts de boodschapper van Allah en zijn woord.”Ook in Soera 4: 172 wordt Isa genoemd als dienaar van Allah.

Jezus wordt in de Bijbel ook wel dienaar genoemd. Filippenzen 2: 7: “.... maar Zichzelf ontledigd heeft, en de gestalte van een dienstknecht heeft aangenomen .....”
In deze tekst gaat het over de lijdende Knecht des Heren, die een dienstknecht-gestalte heeft aangenomen. Zo werd Hij een waarachtig mens, Die voor de zonde van mensen zou lijden en sterven. Dat is heel wat anders dan wat de Islam ons wil leren: slechts een dienstknecht, die wel geëerd wordt maar absoluut niet één met God de Vader is.

Isa was ook slechts een profeet. Maar Mohammed was de laatste profeet en zelfs het “zegel” der profeten. Soera 33: 40: “Niet is Mohammed de vader van een uwer mannen, maar wel de boodschapper Allah’s, en het zegel der profeten. En Allah is omtrent alle ding wetend.”

Ons Apostolicum noemt ook de naam Christus. Deze naam komen we in de koran niet tegen maar hoort wel wezenlijk bij de naam Jezus. Christus is het Griekse woord voor “gezalfde”, ook wel Messias genoemd.
Aan een mens werd als gezalfde een bepaalde taak toegewezen. Maar met de zalving kreeg hij ook de kracht en de wijsheid om de taak te vervullen. Toen Jezus in de Jordaan door Johannes de Doper gedoopt werd, werd Hij gezalfd met de Heilige Geest. Zo leert ons ook Zondag 12 van de Heidelbergse Catechismus: “Omdat Hij door de God de Vader is aangesteld en met de Heilige Geest gezalfd tot onze hoogste Profeet en Leraar, tot onze enige Hogepriester en tot onze eeuwige Koning. Als Profeet en Leraar heeft Hij ons de verborgen raad en wil van God over onze verlossing volkomen geopenbaard. Als Hogepriester heeft Hij ons met het enige offer van zijn lichaam verlost en blijft Hij met zijn voorbede steeds bij de Vader voor ons pleiten.
Als koning regeert Hij ons met zijn Woord en Geest, en beschermt en bewaart Hij ons bij de verworven verlossing.”
Tenslotte lezen we in Jesaja 61: “De Geest des Heren HEREN is op mij, omdat de Here mij gezalfd heeft; Hij heeft mij gezonden om een blijde boodschap te brengen aan ootmoedigen, om te verbinden gebrokenen van hart, om voor gevangenen vrijlating uit te roepen en voor gebondenen opening der gevangenis, om uit te roepen een jaar van het welbehagen des Heren .......” (vers 1, 2a).
O zaligheid niet af te meten!

Volgende keer DV “Die ontvangen is van de Heilige Geest, geboren uit de maagd Maria”.