De kerk


We zijn begonnen aan een nieuwe serie artikelen met een nieuw onderwerp. Nu is het onderwerp; de kerk. De komende tijd hebben we het over de gemeente, de sacramenten, de ambten, de kerkgeschiedenis en de eredienst. Moeilijke woorden hé! Je weet vast niet wat ze allemaal betekenen. Dat geeft niets. Na deze vijf artikelen weet je er veel meer over. Je weet dan zelfs wat deze moeilijke woorden betekenen! Doe je mee?

De gemeente is lichaam van Christus.


De kerk verspreid over het land


Zondags ga je naar de kerk. Je gaat naar een kerkgebouw en komt samen met de mensen die ook willen luisteren naar Gods Woord, samen met Gods andere verbondskinderen. Met het woord kerk bedoelen we vaak het gebouw. Het kerkgebouw. Maar het woord kerk betekent ook iets anders. De kerk bestaat uit alle mensen die bij de HEERE willen horen. De mensen die luisteren naar wat de HEERE zegt, en uit het verbond met de HEERE willen leven. Zij willen niet Gods Woord verdraaien of er dingen uit weg laten, maar willen luisteren naar God zoals Hij spreekt in de Bijbel. Nu wonen deze mensen ver uit elkaar. We kunnen niet allemaal zondags naar hetzelfde gebouw komen. Daarom is de kerk verdeeld over verschillende plaatsen. In die plaatsen komen de gemeenten samen. Een gemeente is een groep mensen van de kerk die dicht bij elkaar in de buurt wonen. De mensen uit de provincie Friesland kunnen niet elke zondag twee keer naar Zuid-Holland rijden. Dat is veel te ver. Daarom komt deze gemeente samen zondags op een plek in Friesland. De mensen die in Zuid-Holland wonen komen dan samen in een plaats in die provincie. Zo bestaat de kerk uit verschillende gemeenten. Van welke gemeente ben jij lid?

De gemeenten


Hoeveel gemeenten heeft de kerk? Kijk maar achterop deze Bazuin. Vul de namen hieronder in. De eerste letters hebben we alvast ingevuld.
ortamerfos
A

senas
A

gtberenhmei/ rulechrdbvet
B /B

erkelbenrijsenrod/ schenberhoegk
B /B

nemem
E

loerme
E

ningroeng
G

seltahs
H

bermargiën
M

eroltpert
O

lowzel
Z


Jij hoort erbij!


Zie je jouw eigen gemeente er tussen staan? Ja, jouw gemeente! Jij hoort er ook bij. Niet alleen de volwassenen horen bij de kerk maar ook de kinderen. De HEERE God heeft aan het begin van jouw leven gezegd en laten zien dat jij er ook bij hoort. Jij bent gedoopt. Je hebt een soort stempel gekregen. De HEERE heeft een verbond met jou gesloten. Jij hoort ook bij Gods gemeente ook al snap je lang nog niet alles. Hoe ouder je wordt hoe meer je zult begrijpen van de Bijbel en van de HEERE. Je zult steeds meer leren. Dit gaat niet vanzelf. Je moet er wel wat voor doen. Je moet goed luisteren als je vader en moeder uit de Bijbel vertellen. Je hoort de Bijbelverhalen op school. Je leest de verhalen in De Bazuin. Straks ga je naar catechisatie en vereniging. Zo groei je in kennis. Denk niet dat als je groot bent, dat je dan wel alles weet. Nee, zo gaat dat niet. Ook volwassenen moeten blijven studeren in de Bijbel. Zij kunnen niet de Bijbel dicht doen, en achterover leunen. Ook zij moeten steeds gevoed worden door de preken maar ook door de Bijbelstudie. En dan nog zal een mens nooit alles kunnen weten van de HEERE. De HEERE is God en wij kunnen met ons menselijk verstand niet alles weten en begrijpen van Hem.

Paulus en de gemeenten.


Paulus, een apostel, heeft brieven geschreven naar gemeenten van de kerk. Paulus leefde in de tijd vlak nadat de Heilige Geest op het pinksterfeest was uitgestort. Paulus was eerst een felle tegenstander van de kerk. Hij zorgde ervoor dat de mensen van de kerk gevangen genomen werden en werden gedood. Paulus dacht dat het verkeerd was om te geloven in de Here Jezus als de verlosser van de zonden. Gelukkig heeft de HEERE God zijn ogen geopend. Op een dag dat hij naar Damascus reisde om daar mensen van de kerk gevangen te nemen, laat de HEERE een fel licht op Paulus komen en wordt Paulus blind. Ook hoort hij een stem. De stem van Jezus. De Here Jezus vraagt waarom Paulus Hem en Zijn kerk vervolgt. Paulus blijft drie dagen blind en heeft drie dagen de tijd om na te denken. Hij bekeert zich van zijn verkeerde weg en wordt in plaats van een vijand van de kerk een apostel, een dienaar van God. Hij gaat nu op reis om mensen het evangelie van Jezus, de Verlosser van de zonden te vertellen. Ook schrijft Paulus brieven, een aantal van deze brieven staan in de Bijbel.

Bijbelboeken van het nieuwe testament


Leer de Bijbelboeken van het Nieuwe Testament uit je hoofd. De brieven van Paulus zijn vetgedrukt.
Matteüs
Efeziërs
Hebreeën

Marcus
Filippenzen
Jakobus

Lucas
Kolossenzen
1 Petrus

Johannes
1 Tessalonicenzen
2 Petrus

Handelingen
2 Tessalonicenzen
1 Johannes

Romeinen
1 Timoteüs
2 Johannes

1 Korinthiërs
2 Timoteüs
3 Johannes

2 Korinthiërs
Titus
Judas

Galaten
Filemon
Openbaring


De hand en de voet


Paulus schrijft in zijn brieven vaak over hoe de mensen in de gemeenten met elkaar om moeten gaan. In 1 Korintiërs 12 vers 12-31 schrijft hij over de gemeenten als het lichaam van Christus. Een lichaam heeft veel verschillende delen. Kijk maar naar je eigen lichaam. Je hebt armen, benen, buik, rug, ogen, oren, en je kunt vast nog meer noemen. Er zijn dus veel delen of leden. Ieder lid kan en doet wat anders. De één zorgt ervoor dat je kan kijken, de ander zorgt er voor dat je kan lopen. En zo heeft elk lid zijn functie. Hij is niet voor niets door God geschapen, je hebt alles nodig. Het ene deel is ook niet belangrijker dan de ander. De delen van het lichaam kunnen niet zonder elkaar. Als je geen ogen had dan kon je niet zien waar je loopt. Als je geen benen hebt kun je niet lopen. Zo als het lichaam, zo is ook de gemeente. Het is het lichaam van Christus. De mensen van de gemeente hebben allen een functie. Ieder lid heeft andere gaven gekregen. Gaven zijn dingen die je goed kan. Het ene gemeentelid kan orgelspelen en zo de erediensten begeleiden, een ander kan preeklezen, een volgende kan les geven aan de kinderen van de kerk, een ander geeft catechisatie. En zo zijn nog meer dingen te noemen. Ieder gemeentelid heeft zijn eigen taak gekregen. De één is niet belangrijker dan de ander. Er is niet één die de baas kan gaan spelen, we zijn allemaal gelijk. We kunnen elkaar aanvullen. Wat de één niet kan, kan een andere juist goed. De Here God heeft zo de mensen bij elkaar geplaatst om een gemeente te vormen. Samen met de andere gemeenten vormen zij de kerk van Hem. Ook jullie horen bij die kerk van God. Ook jullie mogen in de gemeenten werken ter ere van Gods grote Naam!