In het vorige artikel in deze rubriek, “Horloge?”, bespraken we het antwoord van het deïsme op de vraag naar God. Velen geloven wel in een godheid maar dan in een god die zich niet meer met de wereld bemoeit.
Schepping
Waar vind ik God? Er zijn ook heel andere antwoorden gegeven op die vraag. Zo is er een stroming die gelooft dat God te vinden is ín de Schepping. In alles wat leeft. “God” is in de natuur. In de dieren. In de planten. In alles wat leeft op de aarde. In het water. En in de lucht. “God” (we schrijven het met opzet tussen aanhalingstekens omdat het hier niet gaat over de God van de Bijbel) is rondom ons in alles wat geschapen is. In natuurverschijnselen. In mensen ook. “Pantheïsme” wordt dat genoemd. “Pan”= “alles”. Letterlijk dus: alles is god. In dit geloof is God één met zijn schepping. Ja, Hij ís zijn schepping. Hij gaat op in zijn schepping. Wil je “God” zien, dan moet je om je heen kijken.
In het pantheïsme is geen sprake van een God en Vader in de Hemel. Er is geen persoonlijke god. Geen God die je kunt liefhebben en gehoorzamen. Geen God die je leven leidt en die ons persoonlijk roept in het Verbond.Invloed
In onze tijd zien we veel van dit pantheïsme terug. Ook al wordt het niet zo genoemd. Sommige Oosterse godsdiensten zijn pantheïstisch. O.a. het Hindoeïsme. Het denken van Oosterse religies heeft in onze maatschappij veel invloed gekregen. Denk bijvoorbeeld maar aan allerlei yoga-achtige trainingen. Het kan zo maar gebeuren dat je meedoet aan een bedrijfstraining en dan met zulke technieken wordt geconfronteerd. Al jarenlang in het maatschappelijk leven aanvaard. Ogenschijnlijk niet zo gevaarlijk. Ze worden nl. aangeboden los van een bepaald geloof. Men ziet ze gewoon als praktische werkvormen. Heel gewoon. Het nieuwe is er al lang af. De discussie is al gevoerd in de jaren tachtig van de vorige eeuw. Daar zijn we voorbij.
Maar toch ...... ze hebben wel degelijk een achtergrond. Ze komen voort uit een anti-christelijk denken. We moeten daarvoor op onze hoede zijn. Een voorbeeld? We hebben het zelf wel meegemaakt. De deelnemers aan de training moesten in een kring op de grond gaan zitten, in “lotushouding”, de ogen sluiten, en in volkomen stilte de “omgeving” op zich laten inwerken. De tweede stap was om, als dat was gelukt, in die stilte naar zichzelf te gaan luisteren. Om in te keren in zichzelf. Dat werd aangeprezen als een feilloze manier om je werkdag te beginnen. Om kracht en rust te krijgen.
De moeite die we daarmee hadden werd geaccepteerd maar niet begrepen ...... Ook van anderen horen we uit sommige bedrijfstakken zulke voorbeelden.
Voor gelovige christenen kan het duidelijk zijn: hier wordt een uitvloeisel van het pantheïsme zichtbaar. Het zoeken van rust en vrede in de dingen om je heen, en in het verlengde daarvan in jezelf, dat is in volkomen tegenspraak met de Bijbelse boodschap. Echte rust en vrede zijn alleen te vinden in Christus. Een goede werkdag begint met Hem. En met zijn Woord. En de vraag is dan: kunnen we aan zulke training meedoen? Is het niet eerder zo dat het ons onrustig maakt? En dat we eigenlijk wel weten dat we zo’n werkvorm niet kunnen en niet mogen losmaken uit zijn onbijbelse achtergrond? Omdat we anders toch de enige en ware God loochenen, Die zich in zijn Woord heeft geopenbaard en die in Christus onze persoonlijke God en Vader is?In de ander
Er is nog een andere religieuze visie die hier veel op lijkt. Hij wordt nog altijd heel veel uitgedragen in sommige kerken. Aan de hand van Bijbelgedeelten. In een christelijke verpakking. Soms heel sterk. Soms wat meer verborgen. De discussie erover horen we niet meer. Al lang niet meer. Dat is de richting die zegt dat we God vinden in de ontmoeting met “de ander”. God is in de ander. In de naaste. In ieder mens die we tegenkomen. En we zien en ervaren Gods kracht ín die ontmoeting. In de ontmoeting met de andere mens ervaren we het evangelie. Daarin krijgen we bevrijding en bemoediging. En het is tweezijdig. Die ander ervaart in de ontmoeting met ons ook “God”. Geven en krijgen.
De woorden “ontmoeting” en “de ander”, hoe goed en aantrekkelijk ze ook klinken, en hoe mooi verpakt ook in een Bijbels klinkende boodschap, zijn vaak een aanwijzing dat het Bijbelse geloof in wezen is ingeruild voor een aards en menselijk evangelie. Zoals in het pantheïsme God en Schepping samenvallen, zo vallen in deze geloofswijze God en de ontmoeting met de naaste samen.Geen verlossing
Het erge van dit soort godsdienstige visies is dat ze geen verlossing bieden. Door de natuur op je te laten inwerken, door God te zoeken in de ontmoeting met de naaste, kan een mens misschien wel plezierige gevoelens krijgen. Rust. Verdieping van de kijk op het leven. Maar het blijft allemaal horizontaal. Aards. Schijnbevrijding. Echte verlossing krijg je zo niet. Echte verlossing is er alleen door het geloof in de gekruisigde Christus. En dat is het gemeenschappelijke in al die visies en theologieën, dat de Christus, de enige Zoon van God, die voor ons de vloek van God op zich heeft genomen, weggeredeneerd is. In plaats van de Christus is ten diepste de mens zelf neergezet.
Gelukkig zijn wij, dat we de Here mogen kennen. Gelukkig dat we mogen belijden:” dat er één God is, een geheel enig en éénvoudig geestelijk wezen. Hij is eeuwig, niet te doorgronden, onzienlijk, onveranderlijk, oneindig, almachtig. Hij is volkomen wijs, rechtvaardig en goed, en een zeer overvloedige bron van al het goede.” (NGB art.1)
” Wij geloven in één God, de almachtige Vader, Schepper van de hemel en de aarde, van alle zichtbare en onzichtbare dingen.
En in één Here Jezus Christus, de eniggeboren Zoon van God, geboren uit de Vader vóór alle eeuwen, God uit God, Licht uit Licht, waarachtig God uit waarachtig God; geboren, niet geschapen, één van wezen met de Vader; door Hem zijn alle dingen geworden.
Ter wille van ons mensen en van ons behoud is Hij neergedaald uit de hemel en vlees geworden door de Heilige Geest uit de maagd Maria en is een mens geworden. Hij is ook voor ons gekruisigd onder Pontius Pilatus, heeft geleden en is begraven. Op de derde dag is Hij opgestaan overeenkomstig de Schriften. Hij is opgevaren naar de hemel, zit aan de rechterhand van de Vader en zal in heerlijkheid weerkomen om te oordelen de levenden en de doden. En zijn rijk zal geen einde hebben.
En in de Heilige Geest, die Here is en levend maakt, die van de Vader en de Zoon uitgaat, die samen met de Vader en de Zoon aangebeden en verheerlijkt wordt, die gesproken heeft door de profeten.” (Geloofsbelijdenis van Nicea)
Dat is de God van de Schriften. Bij Hem is ons behoud.