Het leven van de Here Jezus op aarde (1)


Kerstfeest


De laatste keer hebben we het over het kerstfeest gehad. We hebben het bijzondere feit van de geboorte van de Here Jezus herdacht. In de kerk hebben we Gods woord hierover gehoord en hebben we er over gezongen. We hebben niet zoals veel andere mensen deze belangrijke gebeurtenis uitgespeeld in toneelstukken of dramavoorstellingen. Dit is ook niet nodig! We weten dat de Here Jezus geboren is, we hoeven het niet na te doen. We moeten gewoon geloven wat er in de Bijbel staat.

De besnijdenis


De Here Jezus is geboren in Betlehem. Zijn vader en moeder hier op aarde zijn Jozef en Maria. Als de Here Jezus acht dagen oud is wordt Hij besneden. Hij ontvangt het teken van het verbond met de Here God. De Here God heeft, toen Hij een verbond sloot met Abraham, dit teken gegeven. Vanaf die tijd werden alle jongetjes van het volk Israël besneden. Dit betekende dat ze bij de Here God hoorden. De besnijdenis verwijst naar het verbond met God. Daarom wordt ook de Here Jezus besneden.

Bezoek aan de tempel


Na een aantal dagen gaan Jozef en Maria met de kleine Jezus naar de tempel. Ze gaan een offer brengen om de Here God te bedanken. Als ze de tempel binnenkomen komt er een oude man op hen af. Deze man heet Simeon. Hij neemt de Here Jezus in zijn armen en looft de Here God. Hij zegt: ‘Nu laat Gij, Here, uw dienstknecht gaan in vrede, naar uw woorden, want mijn ogen hebben uw heil gezien, dat Gij bereid hebt voor het aangezicht van alle volken, licht tot openbaring voor de heidenen en heerlijkheid voor uw volk Israël.
Jozef en Maria staan verbaasd te kijken. Deze Simeon wachtte al lang op de geboorte van de Messias. Hij wist dat de Messias snel geboren zou worden. Hij heeft zelfs een boodschap van God gekregen dat hij niet zal sterven voordat de Messias geboren zou worden. En nu heeft hij Hem in zijn armen. Daarom looft hij God en zegt hij dat hij nu rustig kan sterven omdat hij de Messias heeft gezien. Hij weet nu dat er verlossing zal komen.
Er is nog iemand in de tempel. Een vrouw. Deze vrouw heet Hanna. Ze is 84 jaar oud en is een profetes. Ze is vaak in de tempel en dient God. Zij komt bij Jozef, Maria en Jezus staan. Zij looft de Here God omdat de Here zijn belofte heeft waar gemaakt. De Verlosser is geboren en Hij zal de mensen redden van de zonden.

Opdracht


De lofzang van Simeon is een gezang die wij ook wel eens zingen. Zoek hem maar eens op: gezang 9. De twee verzen staan hieronder maar een aantal woorden moet je nog invullen. De volgende woorden moeten ingevuld worden: bede- woord- vrede- Gij- knecht- zaligheid- verlicht- blind- licht- hemels- verhogen- volk.
Gezang 9 vers 1
vers 2

Zo laat Gij heer uw
Een , zo groot, zo schoon

naar ’t hem toegezegd
gedaald van ‘s troon

thans henengaan in
straalt bij volk in d’ ogen

nu hij uw
terwijl het gezicht

die hebt toebereid
van ’t heidendom

gezien hebt op zijn
en Isrel zal


Vlucht naar Egypte


Nadat de wijzen uit het Oosten op bezoek zijn geweest wordt Jozef gewaarschuwd door de Here God om te vluchten. Hij neem Maria en Jezus mee en vlucht naar Egypte. Koning Herodes heeft van de wijzen gehoord dat er een belangrijke Koning is geboren en daar is hij natuurlijk niet blij mee. Vandaar dat hij zijn soldaten de opdracht geeft om alle jongetjes onder de twee jaar te doden. Dit gebeurt ook. Koning Herodes is weer gerustgesteld. De nieuwe koning is ook vermoord, denkt Herodes. Nu kan hij koning blijven. Koning Herodes heeft hierbij één ding vergeten. De Here weet alles, hij weet wat iedereen doet maar ook denkt. Voordat de soldaten op weg gaan is Jozef al gevlucht. De Here Jezus blijft leven. Hij zal zijn belangrijke werk hier op aarde uitvoeren. Als koning Herodes overleden is wordt Jozef weer gewaarschuwd door God en mag hij terug naar Israël. Het is weer veilig voor Jezus.

De twaalfjarige Jezus in de tempel


Als de Here Jezus twaalf jaar is gaat hij met zijn ouders mee naar Jeruzalem om het paasfeest te vieren. En als het feest voorbij is gaan ze weer terug naar hun eigen huis. Er zijn veel mensen die met hun mee terugreizen. Na één dag reizen vragen Jozef en Maria zich af waar hun zoon Jezus is gebleven. Ze vragen het aan de mensen die meereizen. Hij is toch wel meegegaan? Na een tijdje zoeken en vragen zien ze Hem nog niet. Tot slot besluiten ze maar om de reis terug naar Jeruzalem te maken om Hem daar te zoeken. Na drie dagen zoeken in de grote stad Jeruzalem vinden ze Hem in de tempel. Hij staat daar temidden van wijze mannen. Deze mannen weten veel over Gods woorden en vertellen daar veel over. De Here Jezus staat tussen hen in en praat met hen mee. De wijze mannen zijn verbaasd over alles wat de Here Jezus weet. Hij is nog maar 12 jaar maar weet al zoveel! Als Jozef en Maria hem zien zijn ze blij maar ook boos. Waar was je? Weet je wel dat wij je al heel lang zoeken? Wij waren heel erg bezorgd om jou! En de Here Jezus zegt dan: ‘Waarom hebt u mij gezocht? Wist u niet dat ik met de dingen van mijn Vader aan het werk moet?’ Jozef en Maria begrijpen dit antwoord niet. Jezus gaat mee met zijn ouders. Hij is gehoorzaam. Hij luistert naar zijn vader en moeder. Je kunt aan dit verhaal zien dat Jezus een kind is net als jullie. Toch kun je ook al zien dat hij op de aarde gekomen is om belangrijk werk te doen. Hij is de Zoon van God die de kinderen van God zal bevrijden en verlossen van de zonde.

Welk woord hoort niet in het rijtje?
Zacharias- Elizabeth- Debora- Johannes
Matteüs- Marcus- Richteren- Lucas

Esther- Simeon- Hanna
Romeinen- Genesis- Leviticus- Numeri

Jozef- Daniël – Maria- Jezus
Amos- Johannes- Obadja- Jona

de wijzen- de herders- de profeten
Psalmen- Spreuken- Korinthiërs- Prediker

koning- priester- hogepriester
Daniël- Johannes- Judas- Openbaringen