Psalm 107:13


Boven de Psalm staat geschreven: ”God redt uit alle nood.” Kijk maar eens in je Bijbeltje of je dat ziet staan. Als je goed kijkt valt je ook iets op aan het lettertype. Zie je dat dat anders is dan de rest van de Psalm? Dat is bewust zo gedaan. Dat zinnetje hoort  niet bij de Psalm. Het is er later bijgevoegd. We noemen zo’n zinnetje ook wel ‘opschrift’. Eigenlijk geeft zo’n zinnetje de kern –het belangrijkste- aan waar het in deze Psalm over gaat.

Bij Psalm 107 staat er dus boven geschreven: ’God redt uit alle nood”. En dan worden er vier groepen mensen beschreven:

 

*Eerst gaat het om mensen die verdwaalden in de woestijn. Ze vonden geen stad om in te wonen. Ze hadden honger en dorst. In hun benauwdheid riepen ze tot de Here. En de Here redde hun uit hun angst. Waarom heeft de Here hen daar gebracht? Waarom heeft de Here hen vervolgens ook weer gered? Dat staat in vers 8. Ze hadden het benauwd en werden gered. Het was de bedoeling van de Here dat zij Hem zouden gaan loven. Loven om Zijn goedertierenheid en Zijn wonderen!

*Dan gaat het om de nood van gevangenen. Misschien krijgen ze wel de doodstraf! Die gevangenen hadden niet naar Gods Woord geluisterd. Ze hadden de raad van de Here genegeerd. Dan komt er ook straf. Het was de Here Zelf die hun hart door moeite vernederde. Er was geen helper. Ze kregen het benauwd. In hun nood riepen ze tot de Here. En Hij verloste hen. Weet je waarom? Dat staat in vers 15. Ze hadden het benauwd en werden gered. Want  de Here wilde  dat ze Hem zouden gaan loven. Loven om Zijn goedertierenheid en Zijn wonderen!

*Vervolgens gaat het om de nood van zieken. Het waren dwaze mensen omdat ze niet naar God luisterden. God strafte en ze werden ziek. Ze hadden geen trek meer in eten en misschien zouden ze door hun ziekte wel sterven. In hun benauwdheid riepen ze tot de Here. Hij verloste hen en genas hen. Je begrijpt misschien al waarom de Here hen zowel de ziekte als de genezing gaf.  Ze hadden het benauwd en werden gered zodat zij de Here zouden gaan loven. Loven om Zijn goedertierenheid en Zijn wonderen!

*Als laatste worden de zeelieden genoemd die in zeer zwaar weer terecht kwamen. De ruwe zeemannen kenden stormen. Ze kenden de zee en haar diepte. Maar wat hen nu gebeurde…! Daar konden ze niet tegenop. Het ging al hun kennis te boven. In hun angst riepen ze tot de Here. Toen stilde de Here de storm. Waarom is hun dit nu overkomen? Je begrijpt het al hè? Ze moesten de Here gaan loven. Loven om Zijn goedertierenheid en Zijn wonderen!

 

Zien jullie nu ook dat de Here niet alleen voorspoed maar ook moeite kan sturen? Waarom stuurt Hij dan de moeite naar de mensen? Dat heb je misschien uit het bovenstaande al wel begrepen. De Here kan Zijn kinderen moeite sturen maar dat doet Hij als een liefdevolle Vader! Dit om Zijn kinderen weer gehoorzaam te maken. Hij heeft ons zo lief! Hij wil niet dat wij afdwalen.

Hij roept ons weer terug. Blijkbaar hebben wij moeite of nood nodig! Denk maar eens aan een vader die zijn kind straft omdat het stout is geweest. Dan heeft het kind de straf even nodig om weer op het juiste pad te komen. Die vader vindt het niet leuk om zijn kind te straffen. Maar hij doet het uit liefde!

Het kind gaat dan weer nadenken en zal proberen het daarna weer goed te doen. Zo leidt de Here ook ons leven. Als een liefdevolle Vader. Zodat wij Hem loven en Zijn naam groot maken. Hem de eer geven die Hem toekomt!