Goddeloosheid
Wie zonder verschrikken voor Gods rechterstoel mag verschijnen, heeft de reden daarvan bij zijn doop onbewust al vernomen: ‘door Hem, die ons heeft liefgehad’. Ook over het hoofd van Jan Wolkers is dat eens gezegd, een man aan wie Gods liefde was verspild en die daarom de vloek van het genadeverbond over zich heeft gehaald.
En zie nu het commentaar op dit schrikwekkend verscheiden. Niet uit de kranten, die hem als onbekommerd schrijver alle lof toezwaaien, maar uit dagbladen, waarvan de redacteuren God en zijn gebod, zijn Verbond met ons kennen. Welk een verschil bleek uit die beide: Nederlands Dagblad en Reformatorisch Dagblad naar voren te komen. De krant, die zich erop beroemt ‘christelijk betrokken’ te zijn, had al eerder de nagedachtenis van deze schrijver geëerd met een grote foto op de voorpagina, tot ergernis van vele lezers, en wist nu niet beter te zeggen dan:Ook in zijn breuk met het geloof was Wolkers voorganger van zijn tijd. Zijn generatie - ook Maarten 't Hart - smeet de kerkdeuren achter zich in het slot. Zij tekenden een karikatuur van het gereformeerde geloof en bleven zich ertegen afzetten.
En zo aanstootgevend wordt Wolkers vandaag ook niet meer gevonden. De tijden zijn veranderd en christenen met hen. Zij oordelen niet meer zo snel, ze proberen meer te begrijpen. En alles went, ook de platheid van de samenleving na Wolkers.
De schrijver is gisteren verbrand. En de minister van Cultuur las uit Prediker bij de uitvaart: over de mens die oud wordt en het licht uit zijn ogen verliest. En óók over de adem van het leven die weer naar God gaat.
'God hebbe zijn ziel', zegt het cliché. Het oordeel is, gelukkig, aan Hem.
Begrip. Gewenning. Niet meer dan dat, terwijl God niet onduidelijk is in zijn openbaring over het lot van de goddelozen. Over hen gaat de vloek van het Verbond. Hier is de profetie verzuimd en de mildheid van de wereld gezocht. Het RD schreef reëler:Wolkers kon wel wat. Hij beschikte over een geweldige taalbeheersing, had oog voor de schoonheid van de natuur en wist dat in kunstzinnige beeldende kunsten tot uit te drukken. Hij was beslist een begaafd kunstenaar.
Beslissend is echter hoe mensen hun gaven besteden. Welk doel dienen ze? Vooral als het ging om zijn schrijverschap liet Wolkers daar geen misverstand over bestaan. In zijn boeken rekende hij genadeloos af met zijn gereformeerde opvoeding en met de heersende seksuele moraal.
Wolkers was geen bouwer, maar een breker. Hij was een icoon van de beweging uit de jaren zestig die welbewust korte metten wilde maken met de christelijke elementen in onze samenleving. Het erfgoed dat hij heeft nagelaten is een ruïne van bandeloosheid, goddeloosheid en normloosheid. Als zo’n man een bijna koninklijke uitvaart krijgt, en daarbij door minister Plasterk, als vertegenwoordiger van het volk, zonder enige distantie wordt gelauwerd, zegt dat veel over het verval van beschaving.
Het Nederlands Dagblad moge dan de zichtbare werkelijkheid als uitgangspunt hebben genomen voor zijn commentaar, het Reformatorisch Dagblad zag dieper en verder en wist dus de waarheid, de onzichtbare werkelijkheid aan zijn lezers voor te houden. Ter waarschuwing. Want verval van beschaving begint met verval van geloof, dat tot ongeloof leidt en tenslotte uitmondt in godslastering. Daarover mag men niet zeggen: ‘God hebbe zijn ziel’. Dat klinkt voor zulk een als een vloek.Want het is onmogelijk, degenen, die eens verlicht zijn geweest, van de hemelse gave genoten hebben en deel gekregen hebben aan de Heilige Geest,en het goede woord Gods en de krachten der toekomende eeuw gesmaakt hebben, en daarna afgevallen zijn, weder opnieuw tot bekering te brengen, daar zij wat hen betreft de Zoon van God opnieuw kruisigen en tot een bespotting maken.
Want de grond, die de regen, welke er telkens op valt, indrinkt en gewas voortbrengt, geschikt voor hen, ter wille van wie hij ook bewerkt wordt, ontvangt zegen van God; doch als hij doornen en distelen draagt, is hij ondeugdelijk en niet ver van de vervloeking, die uitloopt op verbranding. (Hebreeën 6:4-8)
Daarvan was zijn crematie het schrikwekkende symbool.Verloren Verlichting
Het is niet alleen Wolkers, die posthuum voor het voetlicht kwam. Het was ook wijlen oud-minister Vredeling, gedoopt in de Gereformeerde Kerk, die overleed en dus de oordeelsdag is genaderd. Maar het zijn niet alleen dezen, die waarschuwingsborden zijn langs de weg, die de wereld in het algemeen en het Westen in het bijzonder gaat.
Het ND had op de opiniepagina van 1 november j.l. een opmerkelijk artikel over het verval van de westerse democratieën, waarin de schrijver Jan van Benthem aantoonde hoe zowel in Europa als op het Amerikaanse continent de naties aan de ontbinding toe zijn en uiteenvallen door een overtrokken nationalistisch denken. Het is het individualisme, dat het resultaat is van de hoog vereerde menselijke rede, die volgens de leer van de Verlichting welzijn en geluk zou brengen. Ik wil daarover eens Groen van Prinsterer aan het woord laten, die schreef:En mag ik u nog iets onder het oog houden waarop doorgaans te weinig gelet wordt? () Met bijkans algemeen goedvinden, heeft men sedert lang verklaard dat de dienst en de wet van God in de regeling en het bestuur van den Staat niet te pas komt. Het beroep op zijne voorschriften en bevelen geldt niet. Zij hebben geen kracht van wet meer. Doch meent ge dat deze ter zijdestelling van de goddelijke wet voor de hechtheid van Staat en maatschappij zonder gevolg is? meent ge dat de hoeksteen van het gebouw, zonder schade, er uit kan worden geligt? Waarop rust nu de heiligheid van gezag en eigendom, waarop rust nu de menigvuldigheid der regten en het onderscheid der standen, waarop de huwelijkstrouw en het vaderlijk gezag, als het steunpunt dat men in Gods wil had, ontvalt! Dan ontwaar ik geen onschendbaarheid van Overheid of magt meer; dan zie ik slechts eene menigte schepselen, tusschen wie geen betrekking of rigtsnoer bestaat dan uit algemeene behoefte en onderling goedvinden en welbehagen ontleend. Vindt men het gezag nuttig, het wordt behouden; lastig, het wordt vernietigd. Is het eigendom dienstig voor het algemeene welzijn, men beschermt het; is het nadeelig aan het Staatsbelang, men neemt het weg. Wanneer allen vrij en gelijk zijn, behoort men, uit getrouwheid aan het beginsel, met vaste hand af te snijden wat de Vrijheid belemmert of aan de Gelijkheid in den weg staat. (Vrijheid, Gelijkheid, Broederschap, pag. 49-50)
Dat is het bankroet van de Verlichting.