Pinksteren en kerkvergadering


Hand. 2:1b en 4a:...allen waren tezamen bijeen... en zij werden allen vervuld met de heilige Geest

Allen tezamen bijeen

In onze vorige overdenking zagen we dat die kleine groep gelovigen vol blijdschap aan het werk gaat. Ze steken de handen uit de mouwen en gaan spreken over Gods grote daden. Ze gaan als levende leden actief meebouwen aan Gods kerk. Onze tekstverzen wijzen ons er echter wel op dat het belangrijk is erop te letten hoe we meebouwen aan de kerk. Om ons heen horen we wel dat het niet uitmaakt van welke kerk we lid zijn, waar we belijdenis doen of in welke kerk we onze gaven en krachten inzetten.

Maar onze tekst zegt in vers 1: 'allen waren tezamen bijeen'. Of zoals de HSV vertaalt: 'eensgezind bijeen'. Die kleine groep van 120 mensen uit Hand. 1:14-15 waren samengekomen. De apostelen en andere trouwe volgelingen van de Here Jezus waren daar eensgezind bijeen. Eén in geloof en verwachting. Vers 4a laat zien dat déze groep vervuld wordt met de Heilige Geest.

Deze 120 mensen zijn op het Pinksterfeest bij elkaar gekomen op dezelfde plaats. Ze zijn op het Pinksterfeest niet bij de Joden in de tempel. Maar ze vergaderen afzonderlijk, op een aparte plaats. Israël gaat op deze feestdag naar de tempel, waar onder leiding van priesters en de Joodse leiders feest is. Maar nu gaat die kleine groep volgelingen van Jezus van Nazareth apart vergaderen. Ze doen niet mee met de Joden!

Waar is de wettige kerkvergadering?

Die kleine kudde zegt: bij óns moet je zijn. Niet meer in de tempel. De goede Herder, Christus, vergadert nu zijn kerk hier, bij ons. Maar hoe kunnen ze dat nu zeggen? Was dat geen grootspraak of scheurmakerij? Was het wel wettig wat ze deden? Ook toen ging het om de vraag waar de verhoogde Christus zijn kerk vergaderde. Waar Hij met kracht zijn werk voortzette. Waar Hij zijn kudde samenriep. Bij de kerk waar Petrus preekte of in de tempel waar Kajafas keuvelde?

De vervulling met de Geest op het Pinksterfeest zet de zaak op scherp. Wie echt Pinksterfeest wil vieren, kan niet voorbij gaan aan de vraag waar de trouwe kerkvergadering van Christus is. Waar Hij door zijn Geest en Woord werkt. Waar Hij met zijn gaven en krachten werkzaam is. Waar Hij al zijn verdiensten, waar Hij de volle zaligheid schenkt.

Onze tekst laat duidelijk zien dat de Geest van Christus wordt uitgestort op die groep van 120 mensen. En niet bij de Joden en hun tempel. Oh, ze hadden een prachtige tempel, een groot getal en veel geld. Maar die tempeldienst was toch naar de wet vervuld in en door Christus? Het gordijn was gescheurd en heel de tempeldienst daarmee wettig afgeschaft. Daarom gaat de Here aan hen voorbij en stort Hij zijn Geest in rijke mate uit op die groep van 120 mensen.

Kerkvergadering naar de norm van het Woord

Daarmee maakt Christus zelf duidelijk dat Hij dáár wil wonen. Bij die kleine kudde. Bij die groep trouwe gelovigen, die zijn Woord geloven en bewaren, dáár vergadert Christus zijn kerk. Door zijn Woord en Geest. Straks roepen Petrus en de anderen alle Joden op om zich te bekeren en zich te laten dopen in de naam van Christus. Dan zullen ze ook de gave van de Geest ontvangen (Hand. 2:38). En dan zien we dat velen zich bij deze kerk van Christus gaan voegen. Hand. 2:41 zegt dat ongeveer 3.000 mensen het Woord aanvaarden en werden toegevoegd aan de gemeente!

We zien hier dat de koning van de kerk, Kurios Christus, aangeeft waar Hij zijn kerk vergadert, waar Hij iedereen samenroept. Waar die trouwe en wettige vergadering te vinden is. Dat is waar de kerkvergadering plaatsvindt naar de norm van Christus' Woord. Daar moeten de schapen zich laten vergaderen. De gelovigen hebben immers de roeping zich te voegen bij die wettige kerkvergadering van Koning Christus (art. 28 NGB). Dat is de kerkvergadering die het Woord van Christus bewaart en alle dwaling verwerpt. Die de sacramenten trouw bedient en waar de tucht Schriftuurlijk gehanteerd wordt.

Meevergaderen, medearbeiders

Daarom maakt het ook uit van welke kerk we lid zijn, waar je belijdenis doet en in welke kerk we onze gaven inzetten. Dat kan en mág alleen in de kerk waar Christus zijn kudde vergadert. Waar Hij ons allen roept. Dat is in de kerkvergadering waar de Geest van Christus met grote kracht werkt door het Woord dat daar zuiver en onverkort bewaard wordt. Voor die kerk mogen en behoren wij ons in te zetten. Dat is onze roeping zelfs. Om zo met Christus mee te vergaderen en zijn medearbeiders te zijn. Daar mogen we aanpakken. Voor die kerk van Christus gaan we dan ook positief, in blijdschap en met vrijmoedigheid spreken. Laten we voor deze kerk onze handen uit de mouwen steken en samen het werk aanpakken. Ons inzetten voor de gemeenschap der heiligen en de opbouw van Christus' kerk en kerkverband. Meearbeiden aan het samenbrengen van de kudde. Doen we dat ook?

In al dat meevergaderen en meearbeiden door ons hebben de Geest en het Woord van Christus een belangrijke plaats. Want de Heilige Geest werkt kerkvergadering en al onze geloofsactiviteit door het Woord. Daarom is het van groot belang dat in de kerk het Woord zuiver en onverkort klinkt. En dat we allen dit Woord van harte geloven én doen. Zo wil de Heilige Geest ons maken tot levende, krachtige leden van Christus. Tot actieve medearbeiders en leden die positief meevergaderen met Jezus Christus.

Laat U mijn hart een tempel zijn,

maak toch mijn leven nieuw en rein.

Regeer mij door uw levend woord.

Geleid ook al Gods kindren voort.

(Gez. 27:5)