om je kennis nog eens op te frissen of bij te schaven
1. Uit welke stam en welk geslacht kwam Mozes?
Zowel de vader als moeder van Mozes waren Levieten. Zijn vader heette Amram en zijn moeder Jochebed. Het blijkt dat Jochebed de tante is van Amram (Ex. 6:19).
2. Wat betekenen alle namen van de betrokkenen rond Mozes?
o Sifra en Pua zijn de vroedvrouwen die de Hebreeuwse jongetjes niet doodden, ondanks het gebod van de farao. Sifra betekent schoonheid, Pua betekent bloem. Deze namen worden expliciet genoemd door de schrijver van Exodus. Het waren namelijk moedige vrouwen, die God meer gehoorzaam waren dan de farao. Wat een verschil met alle tegenwerpingen die Mozes doet tegenover de Here als Hij wordt geroepen om naar de farao te gaan (zie vraag 5). De vrouwen deden eenvoudigweg, met gevaar voor eigen leven, wat de Here hen vroeg om te doen.
o Mozes: in het Hebreeuws betekent het: uit het water getrokken. In het Egyptisch betekent het: zoon. Als je dit op je in laat werken zie je een mooi verband. De Here gebruikt Mozes om Zijn zoon (het volk) uit het slavenhuis (Egypte) te trekken. Opvallend is dat niet de moeder de naam aan Mozes geeft, maar dat de prinses dit doet.
o Zippora (vrouw van Mozes): vogeltje. (Dus mocht je nog een liefkozende benaming zoeken voor je geliefde...) Mozes ontmoet haar als hij haar en haar zussen beschermt tegen een groep herders bij de put. Haar vader Jethro geeft als dank zijn dochter, Zippora, aan Mozes tot vrouw.
o Gersom (zoon van Mozes): een vreemdeling daar. Gersom werd geboren toen Mozes als vreemdeling in het land Midian was, vandaar dat hij deze naam geeft aan zijn eerstgeboren zoon.
o Eliëzer (tweede zoon van Mozes): God is hulp. Van hem weten we verder niet meer dan dat zijn nakomelingen de leiding hadden over de schatten die David voor de tempel verzameld had (1 Kron. 26:24-28).
o Aäron (broer van Mozes): De verlichte. Aäron speelt een hele belangrijke rol bij de uittocht. God had hem uitgekozen om mee te gaan met Mozes. Aäron was een goede spreker. Dit maakt dat hij ook diverse keren de plaag aankondigt aan de farao. We kennen Aäron verder natuurlijk van de zonde met het gouden kalf. Aäron hield het volk niet tegen toen ze graag een beeld van de Here wilden maken. Hij als hogepriester zou dit juist moeten weten. Zijn geslacht is het hogepriesterlijk geslacht van Israël. Ook weten we dat er een opstand tegen hem werd beraamd door Korach, Datan en Abiram (Num. 16-17).
o Mirjam (zus van Mozes): de betekenis van deze naam is niet duidelijk. Wel wordt gezegd dat Mirjam en Maria eigenlijk dezelfde namen zijn onder het Hebreeuwse volk. Mirjam hield Mozes in de gaten toen hij in het biezen mandje op de Nijl kwam. Door het wonder bij de Rode Zee wordt Mirjam vervuld van de Heilige Geest en zingt ze het lied van Mozes. Ze gaat daar de vrouwen voor in reidans. Daar wordt ze ook profetes genoemd. Ex. 15:20-21. Later, als Mozes een vrouw neemt uit de Cusjieten, worden Mirjam en Aäron daar kwaad om. Ze vinden dat Mozes niet belangrijker is dan zij. De Here grijpt in en Mirjam wordt dan melaats als straf en moet een week buiten de legerplaats blijven.
3. Wisten de Hebreeërs dat er iemand die van hun volk was, opgroeide aan het hof?
De dochter van de farao wist het zeker. Zij noemt dat zelfs als ze hem voor het eerst als baby ziet. Ook in de naamgeving geeft ze zowel een Hebreeuwse als Egyptische naam. Mozes zelf wist er ook van, hij neemt het immers op voor zijn volk. Dat de Israëlieten ook wisten dat Mozes één van hen was, blijkt wel als één van hen dit noemt als reden waarom Mozes zich niet met zijn ruzie moet bemoeien. Dat Mozes direct vluchtte toen de farao ervan wist dat hij een Egyptenaar had doodgeslagen is hier ook een teken van. De farao vreesde een opstand van de Israëlieten, maar als zelfs Mozes die aan het hof is opgegroeid een Egyptenaar doodslaat, kan hij geen enkele Israëliet nog vertrouwen.
4. Hoe vaak weigert Mozes zijn opdracht om naar de farao te gaan? Welke redenen voert hij aan? En wat geeft de Here als antwoord?
Mozes zegt maar liefst 5 keer dat hij het niet wil doen.
a. De Here roept Mozes op om naar Egypte te gaan als Hij spreekt in de brandende braambos. De Here God refereert aan het verbond dat Hij gesloten heeft met Abraham. En hij heeft het leed van de Israëlieten gezien. De Here zegt: `Ik heb de onderdrukking gezien waarmee de Egyptenaren hen onderdrukken. Nu dan ga op weg!´ (Ex. 3:9).En dan zegt Mozes: `Maar wie ben ik dat ik dat doen zal?´Antwoord van de Here: `IK zal met u zijn´. Daaraan mag Mozes weten, dat hij het uiteindelijk niet hoeft te doen, maar dat de Here het zal doen.
b. De tweede tegenwerping van Mozes is als volgt: `Maar als ik bij mijn volk kom, en ik zeg dat ik van de God van mijn vaderen kom, hoe moet ik U dan noemen?´Antwoord van de Here: `IK BEN DIE IK BEN´. Dat is een moeilijk te doorgronden naam. Het laat aan de ene kant zien dat de Here zich laat kennen door zijn daden. En deze daden zullen de Israëlieten en de Egyptenaren al gauw merken: `Dan zullen ze weten dat IK de Here ben´. De Here vertelt Mozes dan ook al precies wat er gaat gebeuren, zelfs dat alle Israëlieten vertrekken met veel schatten. Aan de andere kant laat deze naam ook zien dat de Here onveranderlijk is. Hij is altijd geweest wie Hij is. Een God om te kunnen vertrouwen. Maar...
c. Mozes heeft nog iets: `Maar Here, ze zullen tegen me zeggen dat er niets van waar is, dat ik U niet heb gezien´.Antwoord van de Here: `Gooi uw staf op de grond´. Mozes doet het en prompt wordt de staf een slang. Mozes vlucht voor de slang! Maar de Here zegt ook: `Pak hem bij de staart´. En direct wordt de slang weer een staf. Hetzelfde gebeurt als Mozes zweren op zijn hand krijgt als hij zijn hand in zijn binnenzak steekt. En ook dat teken kan God weer herstellen. Dus hoezo, de mensen zullen je niet geloven, Mozes? Kijk eens wat voor tekenen IK voor je doe! En als ze je nu niet geloven mag je het water van de Nijl in bloed veranderen. Maar...
d. `Maar Here´, zegt Mozes dan, `ik ben geen man dat ik veel kan praten´. Antwoord van de Here: `Ik zal uw mond zijn´.
e. `Maar Here´, zegt Mozes, `stuur toch alstublieft iemand anders´. En dan wordt de Here boos, omdat Mozes, ondanks alles wat de Here hem laat zien en tegen hem zegt, toch niet wil. Maar Hij komt Mozes toch nog tegemoet in dit laatste bezwaar. Hij geeft hem Aäron mee op zijn tocht. En dan zijn er geen uitvluchten meer. Mozes gaat.
5. Waarom kwam de Here naar Mozes toe om hem te doden?
Mozes is op weg gegaan naar Egypte, naar de farao. Hij is neergestreken in een herberg met zijn vrouw en zonen. Dan staat er in Exodus 4:24: `En het gebeurde onderweg, in de herberg, dat de HEERE hem tegenkwam en hem wilde doden.´
Wat was er aan de hand? Nou, dat lezen we in het vervolg, Zippora de vrouw van Mozes besnijdt snel hun zoon. Dat hadden ze tot dan toe nog niet gedaan. En daar nam de Here geen genoegen mee. Mozes moet blijven denken aan de verbondsvoorwaarden van de Here. Juist de besnijdenis was het teken van het verbond van de Here met Zijn volk. Daar mocht het hele volk, Mozes inclusief, geen loopje mee nemen! Zippora zegt dan tegen Mozes: `je bent voor mij een bloedbruidegom!´ Een verklaring meent dat Zippora weigert om bij hun tweede zoon een besnijdenis uit te voeren, omdat ze had gezien wat voor bloedbad het was bij hun eerste zoon. Als de Here Mozes dan `wil slaan´, ziet Zippora in dat ook zij zich aan de verbondsvoorwaarden moet houden en besnijdt ze eigenhandig haar zoon.
6. Hoe oud waren Mozes en Aaron toen ze voor de farao stonden?
Tachtig en drieëntachtig jaar. Dit moeten we wel in perspectief zien natuurlijk, want Mozes is honderdtwintig jaar oud geworden en er staat in Deuteronomium 34:7: `Mozes nu was honderdtwintig jaar oud toen hij stierf; zijn oog was niet dof geworden en zijn kracht was niet vervlogen´. Aäron stierf op de berg Hor, 123 jaar oud.
7. Komen er ook parallellen voor met andere personen uit de Bijbel?
Mozes vlucht weg. Dit zien we ook bij Jakob. En het interessante is dat ook Jakob en Izaäk hun vrouwen vinden bij een bron! Een goede zoekplek dus.
Verder wordt heel duidelijk het verband gelegd tussen een van de middelaars van het oude en de Middelaar van het nieuwe verbond. Mozes stond tussen het volk en God. Net zoals de Here Jezus dat deed. Ook bad Mozes diverse malen voor het volk tot God, om God te verbidden. Het volk mocht aan Mozes al een beetje proeven van de komende Middelaar! Het grote verschil is hierbij uiteraard dat Mozes zelf niet zondeloos was en ook niet de zonden wegnam van het volk en dat de Here Jezus dit wel heeft gedaan.
8. Waarom verhardt de Here steeds het hart van de farao?
De Here laat dit zien aan de naam die Hij aan Mozes bekendmaakt: `IK BEN DIE IK BEN´. Ken Mij door Mijn daden. In de geschiedenis met Mozes zegt de Here meerdere malen dat de Israëlieten door de plagen heen op Hem moeten vertrouwen en dat ze zo hun God mogen kennen. God is almachtig en te vertrouwen. Door zijn daden laat Hij dit zien aan Zijn volk.
Ook de Egyptenaren moeten zo de machtige daden van de Here zien, en zo allemaal weten wie God is. De machtige Majesteit, die machtiger is dan enig ander schepsel ook! Door het hart te verharden van de farao, liet God steeds weer zien wie Hij was.
9. Wat kunnen we leren van Mozes?
Laten we de HERE loven en prijzen! Door deze geschiedenis leren wij de Here kennen om Zijn grote daden. Hij staat boven de natuurwetten en kan wonderen doen die een heel land kunnen platleggen en die erg indrukwekkend zijn. Tevens kan Hij deze plagen weer laten ophouden. Onze God is een machtige God.
Laten we niet aan Hem twijfelen. We kunnen moed putten uit de dappere daden van Sifra en Pua. En ook, als we een grote taak in ons leven krijgen die we niet zien zitten, zoals Mozes... Vertrouwen dat de Here onze kracht en sterkte is. Dat betekent niet dat het voor ons makkelijk is, maar wij hebben wel, in tegenstelling tot Mozes, de Bijbel waar we elke dag uit mogen lezen. Zo leren we de Here kennen en leren we van Hem te houden en op Hem te vertrouwen. Dus sterker nog: ook voor kleinere taken waar we tegenop zien: de Here is met ons.
Laten we het nauw nemen met Zijn verbond, en verbondseis. We leren ook hoe belangrijk de Here het verbond vindt en hoe belangrijk het is om daar geen loopje mee te nemen, of te denken: de Here vindt het niet zo belangrijk. De Here is en was altijd dezelfde.
Voor dit stuk is gebruikgemaakt van: HSV studiebijbel en `Personen in de bijbel´ van J. Stafford Wright.