Uit 1 Kor. 4:14-21: Broeders en zusters, Paulus heeft in het voorgaande gedeelte op verschillende manieren de gemeente van Korinthe vermaand. In de bovenstaande verzen wil Paulus op een andere manier nogmaals zijn vermaningen onderstrepen. En wat in dit gedeelte direct opvalt is de combinatie van twee dingen: liefde en vermaning. Vol liefde schrijft Paulus zijn vermaning. Tegenwoordig is het voor veel mensen lastig om die twee te combineren. Als je liefhebt, dan vermaan je niet. Die gedachte zien we terug in kerken, in de opvoeding, in de maatschappij. Alsof liefde vermaan uitsluit. En alsof vermaan per definitie liefdeloos is. Maar Paulus laat ons nu juist zien hoe beide samen kunnen en soms ook moeten gaan. Paulus wijst op zijn goede bedoelingen, op zijn liefde voor de gemeente van Korinthe. Hij wil hen niet de grond in trappen, maar Paulus heeft het goede met hen voor. Paulus spreekt hen aan als geliefde kinderen (vers 14). Hij noemt hen zijn kinderen, omdat hij hun geestelijke vader is. Stel dat ze duizend pedagogen hebben. Duizend mensen die de opvoeding zouden ondersteunen. Toch hebben ze, zoals iedereen, maar één vader. En dat is Paulus. Hij heeft het geloof in hen verwekt. Daarom houdt hij van hen en heeft hij deze gemeente lief. Als Paulus vermaant, dan doet hij dat in liefde. Paulus noemt zichzelf de vader van de gemeente. Maar tegelijk wijst Paulus direct tweemaal op zijn nederige positie. Het is niet zijn eigen werk. Paulus heeft hen in Christus Jezus verwekt. Dat betekent in nauwste verbondenheid met de Here Jezus. Door de kracht van Hem, in de gemeenschap met Hem. De diepste redenen waarom mensen tot geloof zijn gekomen, liggen niet in Paulus. Nee, Paulus was slechts een instrument in de handen van Jezus Christus. En nogmaals wijst Paulus op zijn nederige positie. De gemeente is niet door Paulus´ woorden verwekt, alsof hij zelf een inspirerende man zou zijn. Nee, de gemeente is verwekt door het evangelie. Door het verkondigde woord, dat niets anders inhield dan Jezus Christus en die gekruisigd, zoals Paulus dat zei in 1 Kor. 2:2. De gemeente mag een voorbeeld nemen aan Paulus zelf. Paulus is hun vóórganger. Niets leert beter dan een voorbeeld in levenden lijve. De gemeente van Korinthe heeft zo´n voorbeeld: Paulus. Van hem mogen ze leren en hem mogen ze navolgen. Hoe kan dat? Volgen zij dan mensen? Ze kunnen Paulus volgen, omdat Paulus niemand anders volgt dan Jezus Christus. Zo staat dat ook in Hebr. 13:7: Volgt hun gelóóf na. Niet hun zonden of hun gebreken, maar hun geloof. Hun christelijke levenswandel. Om samen met hen de Here Jezus te volgen en te dienen. Zo bedoelt Paulus dat ook hier: volg mij na, zoals ik Christus navolg. Het is bijzonder dat Paulus de gemeente oproept om hem te volgen. Want Paulus wist dat er veel verzet was in de gemeente tégen Paulus. Men accepteerde zijn gezag niet. Velen vonden Paulus maar een zwakke man. Als Paulus op afstand was, dan durfde hij wel scherpe woorden te spreken, zeiden mensen in Korinthe. Maar als hij straks de gemeente bezoekt, dan praat hij wel anders. Dat misverstand wil Paulus wegwerken. Eerst heeft hij Timotheüs gezonden. Maar Paulus hoopt snel zelf naar de gemeente toe te komen. Dan zal duidelijk worden wat werkelijk krachtig is en waarde heeft. En wie zal dan standhouden? De holle woorden van opgeblazen mensen in de gemeente, die hoogmoedig met hun geestelijke gaven van de toren blazen? Of Paulus, die als apostel van de Here is gezonden in dienst van het evangelie? Paulus zal bij zijn komst laten zien dat zijn woorden niet maar woorden zijn. Maar dat zijn woorden krachtig zijn. Waar moeten we precies aan denken, als Paulus hier spreekt over kracht? Misschien moeten we hier denken aan de wonderen, die Paulus kon doen (vgl. Hand. 19:11-12). In ieder geval zal het duidelijk worden dat het Koninkrijk van God niet bestaat in woorden, maar in kracht. Het Koninkrijk van God, dat is Gods werk. En Paulus is als apostel daaraan dienstbaar. Hij praat maar niet wat in de lucht. Zijn evangelie is van betekenis, omdat het van God is. Het heeft waarde, omdat het de woorden van God zijn. En Gods woorden zijn krachtig, ze houden stand in eeuwigheid. Hoe moet Paulus tot de gemeente van Korinthe komen? Met de roede of met liefde en zachtmoedigheid? Hoe Paulus komt, dat bepalen de Korinthiërs zelf. Als ze zich bekeren, dan kan Paulus zich verheugen. Maar als ze hoogmoedig blijven, zal hij hen moeten straffen. Woorden van vermaan zijn soms ook nodig. Om ons te doen stilstaan. En te bepalen waar we mee bezig zijn. En je kan zelfs zeggen: als iemand volhardt in zonde of ongehoorzaamheid, dan kiest hij of zij er feitelijk zelf voor. Zoals Paulus het zegt: moet ik met de roede komen, of met liefde en zachtmoedigheid. Maar tegelijk mogen we in deze tekstverzen zien, dat vermaan altijd de ondertoon van liefde mag hebben. De liefde van Jezus Christus. Laat het de liefde zijn die ons steeds drijft! Ook als we zorgen hebben. Ook als we vragen hebben over het gedrag van onze broeder of zuster. Of vragen over iets wat gezegd of geschreven is. Laat het altijd de liefde zijn die ons drijft. Liefde voor God én voor zijn gemeente. Een liefde, die het doel heeft om onze naaste te behouden. Zodat we samen God kunnen eren.Liefde én vermaan
Paulus´ nederige positie
Paulus als voorbeeld
Paulus van dichtbij
Vermaan en liefde