De vorige keer hebben we gelezen over vier vrienden die een verlamde man door het dak naar beneden lieten zakken. We lazen dat de Here Jezus de verlamde man beter maakte. Niet alleen een zichtbaar wonder: hij kon weer lopen. Maar ook een onzichtbaar wonder: Jezus vergaf de zonden van de man. Deze keer lezen we over de discipelen die denken dat ze een spook zien. Waarschijnlijk ken je het verhaal wel. Het verhaal staat in Mattëus 14:22-33. Lees je weer mee? De discipelen hebben een bijzondere opdracht, een bevel van Jezus gekregen: ze moeten het evangelie verkondigen. Dat zal lang niet altijd makkelijk zijn. Er zullen mensen zijn die niet naar hen willen luisteren. Mensen die misschien wel gewelddadig zijn tegen de discipelen. Het zal soms stormen in het leven van de discipelen als ze het evangelie moeten verkondigen in de naam van Jezus. Daarom stuurt Jezus hen alleen in het schip het meer van Galilea op. Hij wil de discipelen leren dat Hij de Christus is. Christus die door God de Vader alle dingen regeert. En die sterk en machtig is. Ook als je angstig en bang bent. Jezus gaat niet mee, Hij gaat bidden op de heuvel bij Bethsaïda. Als de discipelen op het meer van Galilea varen, begint het hard te waaien op zee. Er is een zware storm op komst. De golven beuken tegen het schip en de discipelen worden bang. Ze proberen samen het schip tegen de wind in naar de kant te roeien. Maar helaas... het lukt niet. Ze hebben niet genoeg kracht om tegen de wind op te kunnen. De discipelen zijn bang, het schip zal vergaan! Ze vergeten dat ze op dit gevaarlijke moment op de Here moeten vertrouwen. De Here Jezus is op dat moment zelfs aan het bidden. Hij heeft alles in de hand! Hij kan ervoor zorgen dat de wind gaat liggen. Hij kan de discipelen ook rust geven in angstige en gevaarlijke momenten zodat ze niet bang zijn. Maar de discipelen zijn wel bang... Maar dan zien ze dat er Iemand over het water naar hen toekomt. Hier worden ze nog banger van! Daar loopt een Man, zomaar over de wilde golven. Het is de Here Jezus. Maar dat zien de discipelen niet. Nee, ze denken dat het een spook is. Jezus wist dat zijn discipelen met hun schip in een storm waren terechtgekomen. Jezus weet wanneer er gevaar dreigt. Hij komt nu om hen te helpen door over die wilde en gevaarlijke zee te lopen. Als Jezus bij het schip komt, kalmeert Hij eerst zijn discipelen. Nu hoeven ze niet meer bang te zijn. Jezus, hun Meester, is immers bij hen. Nu kan hen niets meer gebeuren. De discipelen hadden er niet aan gedacht dat ze ook gerust en vol vertrouwen kunnen zijn als Jezus niet bij hen is. Daarvoor hoeft Jezus niet dicht bij hen te zijn, als je maar gelooft dat Jezus voor je zorgt! Jezus staat ondertussen nog steeds op het water. Petrus zegt tegen Hem: als U het bent, laat mij dan naar U toelopen over het water. Petrus ziet op dat moment duidelijk de koningsmacht van Jezus. Jezus, aan wie alle macht in hemel en op aarde is gegeven. En Petrus weet: door de macht van Jezus kan ik ook over het water lopen. Petrus klimt overboord en stapt op het water. Hij kan zomaar naar Jezus lopen. Een wonder van Jezus! Hij zorgt ervoor dat Petrus kan lopen over het water. Maar dan... Petrus ziet de hoge golven en de harde wind. Hij let niet meer op Jezus en gelooft niet meer dat Jezus voor hem zorgt, ook nu hij op het water loopt. Petrus wordt opnieuw bang. Daarom zinkt hij ook en roept naar Jezus om hem te redden. Jezus pakt de hand van Petrus en noemt hem bestraffend `kleingelovige´. Waarom twijfelde Petrus? Petrus wordt niet gered doordat hij zelf zo´n groot geloof heeft. Nee, hij wordt gered door de Here Jezus. Petrus en Jezus stappen samen in het schip en direct gaat ook de wind liggen. De storm is voorbij. Nu pas begrijpen de discipelen dat ze zonder geloof en vertrouwen in hun Here Jezus niets kunnen doen. Ook niet als ze straks als apostelen de kerk van Christus moeten bouwen. De kerk van Christus bouwen is mooi maar ook zwaar en gevaarlijk werk voor de apostelen. Maar ze mogen weten: de Here zal ons alles geven wat nodig is. Ook als het moeilijk zal zijn en tijdens zware stormen. Christus zorgt ervoor dat het `kerkschip´ blijft drijven. We zeggen wel eens dat het kan stormen in je leven. Ook kan je leven rustig voortkabbelen zoals een bootje rustig op het water kabbelt. Hoe is dat bij jou? Is jouw leven rustig? Of is het stormachtig en zijn er moeilijke en verdrietige dingen in je leven? Of de golven nu rustig kabbelen of hoog en groot zijn... hoe je leven ook is... vergeet dit nooit: Christus regeert ook jouw leven. Dan hoef je niet bang te zijn als er moeilijke dingen komen in je leven. Nee, dan mag je vertrouwen dat Hij voor je zorgt en je helpt! Het maakt dan niet uit hoe hoog de golven zijn. Als je vast gelooft dat Hij regeert, dan zal je altijd rustig kunnen varen in je levensboot...De discipelen op zee
Een spook?
Petrus
Kleingelovige
Ons leven in de storm