En rondom de troon waren vierentwintig tronen, en op die tronen waren vierentwintig oudsten gezeten, in witte klederen gekleed en met gouden kronen op hun hoofden. En van de troon gingen bliksemstralen, stemmen en donderslagen uit; en zeven vurige fakkels brandden voor de troon; dit zijn de zeven Geesten Gods. En voor de troon was als een glazen zee, kristal gelijk. (Openb.4:4-6)
Nog een keer mogen we samen met Johannes een blik in de hemel werpen. Om te zien en te horen wat de HEERE ons toont. Vierentwintig ouderlingen en vier levende wezens. Dat betekent dat de kerk en de schepping samen de HEERE verheerlijken. Er is een sterke band tussen kerk en schepping. Wij moeten dat vandaag goed voor ogen houden, nu iedereen spreekt over de vervuiling van het water en de bodem en de hele atmosfeer. In heel de wereld moeten regeringen maatregelen nemen om op tijd er voor te zorgen dat de aarde niet omkomt in totale vervuiling.
Johannes zag voor de troon zeven vurige fakkels branden, dit zijn de zeven Geesten van God. En vóór de troon was als een glazen zee, kristal gelijk. Dat is een herinnering aan wat er in de tempel stond, namelijk de kandelaar met zeven armen vóór het heilige der heiligen. Vóór de ark, de troon van God, brandden zeven lampen.
In de voorhof van de tabernakel stond de bronzen zee, die rustte op ossen. Het was een enorm grote waskom, die bedoeld was voor de priesters om hun handen en voeten te wassen voordat zij de tempel konden binnengaan om hun dienst te verrichten. Dat was een beeld van de reinheid die de HEERE in zijn priesters wil zien.
De HEERE laat dus aan Johannes en aan ons zien dat wij gereinigd worden door het bloed van de Here Jezus Christus. Alleen zo kunnen wij de HEERE ontmoeten. Het herinnert ons aan onze onreinheid voor God.
Onze onreinheid is het die de vervuiling van de aarde veroorzaakt. Want wat is de eigenlijke oorzaak van de vervuiling die ons zoveel zorgen moet geven? Die wordt veroorzaakt door onze zonde in het paradijs en onze zonden nadien. Na de zondeval zei de HEERE dat de aarde vervloekt is vanwege de zonde van de mens. Zo is alle ellende begonnen, ook die van de vervuiling van het milieu.
De HEERE liet zijn apostel Paulus aan de Romeinen schrijven dat de hele schepping onderworpen is aan de ijdelheid. En de schrijver van het bijbelboek Prediker houdt niet op steeds maar weer te schrijven: ijdelheid der ijdelheden, alles is ijdel.
Onrecht, ziekte en pijn blijven altijd bestaan. Dat komt door de vloek van God over onze zonden. Het is onze eigen schuld.
Mensen worden ziek en moeten sterven. Zij begrijpen elkaar niet en veroorzaken elkaar zoveel pijn er zoveel verdriet en onrecht in deze wereld. De schepping is onderworpen aan de slavernij van het verval. Alle tijden door zal de natuur vergiftigd blijven worden als gevolg van de zonde van de mensen.
Er is maar één weg voor de schepping om bevrijd te worden van deze slavernij aan het verval. Dat is wanneer de Here Jezus Christus eens zal komen om hemel en aarde nieuw te maken. Pas dan, wanneer Gods kinderen uit de graven worden geroepen en levend gemaakt worden, zal de schepping tenslotte bevrijd worden van de dood. Pas dan zal het laatste beslissende antwoord komen op alle zuchtend roepen van de schepping, de vervulling van al het verlangen naar een zuivere nieuwe wereld.
Nu verwacht de hele schepping met een vurig verlangen de dag waarop zij bevrijdt zal worden van de dienstbaarheid aan de vergankelijkheid (Rom.8:20-21). De schepping ziet uit naar de dag waarop Gods kinderen zullen verschijnen, bekleed met de heerlijkheid van het Nieuwe Jeruzalem.
Daarmee is de schepping zelf een voorbeeld voor al die mensen die denken dat zij alle ellende van de wereld kunnen oplossen door hun eigen wijsheid. Want zij ontkennen dat er maar één weg mogelijk is om een nieuwe wereld te verwachten: roepen tot God om zijn verlossing.
Wij zien uit naar ons verschijnen als kinderen van God in een nieuwe wereld. De Geest helpt ons, want wij weten niet hoe wij tot God moeten bidden zoals Hij dat van ons vraagt, maar de Geest Zelf bidt voor ons met onuitsprekelijke verzuchtingen.
De zee van glas, helder als kristal. En de zeven Geesten van God, als vuur. God reinigt zijn kinderen en veroordeelt hen die in hun wijsheid denken dat zij een betere wereld kunnen maken zonder God.
De vierentwintig ouderlingen zingen. Zingt u samen met hen, hier en nu? Alle dingen worden nieuw gemaakt.