Het Bijbels onderwijs vasthouden!


Over het thema M/V in de kerk is de afgelopen tijd al heel wat geschreven. Het deputatenrapport over M/V in de kerk heeft veel pennen in beroering gebracht. Ook in De Bazuin is hier al meerdere keren aandacht aan geschonken. Uiteindelijk heeft het gewraakte deputatenrapport het niet gehaald. Ds. Van Gurp schreef echter al dat het een zaak van uitstel is. Immers, het besluit van de synode was dat openstelling van het ambt voor vrouwen niet op deze gronden kon. Dat wil zeggen, niet op de grond van de argumentatie van de meerderheid van het desbetreffend deputaatschap. De synode heeft niet uitgesproken dat zij tegen vrouwelijke ambtsdragers is.

Verlegenheid

In het blad Nader Bekeken van juni 2014 (jaargang 21, no. 6) schrijft ds. W.F. Wisselink in de rubriek Rondblik over het deputatenrapport. Zijn we geloofwaardig als we het prima vinden dat er vrouwelijke rechters zijn, maar bezwaar maken tegen vrouwelijke ouderlingen, zo vraagt hij zich in de inleiding af. Hij haalt daarbij prof. G.C. den Hertog aan in de verwoording van zijn eigen verlegenheid rond dit thema: het heeft iets gewrongens om de vrouw in het maatschappelijk leven een volstrekt gelijkwaardige positie in vergelijking met de man toe te kennen, maar een grens te trekken op het punt of vrouwen kunnen en mogen dienen in het bijzondere ambt.

In het artikel wordt eerst het recht van de vrouw in de jaren zestig van de vorige eeuw geschetst, met daarin de duidelijke rolverdeling tussen man (aan het werk) en vrouw (thuis voor het gezin). Dat is in onze tijd echter helemaal uit. De mannen en vrouwen dragen nu samen de verantwoordelijkheid en zorg voor het gezin. Het sleutelwoord is gezamenlijkheid, zo wordt onze tijd getypeerd. Ds. Wisselink signaleert dat sommige christenen deze verschuiving niet zo waarderen; anderen waarderen het wel. Hij haalt een hoofdstuk uit een boek van prof. Douma met instemming aan. Het kernwoord in het desbetreffende boek is samen. We moeten uitgaan van de regel dat zoveel mogelijk gelijke kansen worden geboden aan man en vrouw. En dan zal het gebeuren dat in allerlei taken de vrouwen over de mannen zullen regeren, en dat niet bij gebrek aan beter.

Uitzondering

Op deze regel is echter één belangrijke uitzondering: in de kerk geldt een andere regel, want binnen de kerk van Christus is de leiding toevertrouwd aan mannen. Hoe moeilijk dat soms ook te verdedigen is, het is wel het apostolisch woord van Paulus. Ds. Wisselink schrijft dat prof. Douma zich buigt voor dit apostolisch gezag. Ook ds. Wisselink buigt zich voor het apostolisch gezag, maar vindt dat er, vanwege de steeds klemmender wordende vragen, sprake is van een gezamenlijk probleem. Immers, waarom in de maatschappij wel een gelijke verdeling, maar in de kerk niet?

Probleemanalyse

In de discussie omtrent M/V in de kerk valt steeds het volgende op. Het is heel bijzonder dat velerlei scribenten, tot aan deputaten M/V toe, naar de ontwikkelingen in de maatschappij kijken. Deze ontwikkelingen worden geconfronteerd met de situatie in de kerk. Op basis daarvan wordt vervolgens de conclusie getrokken dat het maatschappelijke en het kerkelijke leven zodanig van elkaar afwijken, dat de kerkelijke praktijk niet meer rijmt met de inrichting van de maatschappij. Dus, is dan de conclusie, is aanpassing op zn plaats. Of, zoals ds. Wisselink zegt, het is niet goed te begrijpen waarom dat verschil er moet zijn. Waarom de vrouw in de kerk geen regeerambt mag bekleden.

Maar is dit niet de zaken omdraaien? Alsof de inrichting van de maatschappij een rolvoorbeeld is voor de inrichting van de kerk?! Is het risico op verwereldlijking dan niet ontzettend groot? We moeten onze levensstijl juist niet door de wereld laten beïnvloeden, omdat de wereld ons beslist niet stimuleert om als vreemdelingen in deze wereld te leven en anders te zijn dan de mensen die niet van God willen weten en eigen wegen gaan.

Verwereldlijking en Schriftverlating

Het gezamenlijk probleem, zoals ds. Wisselink dat signaleert, ligt op een ander vlak. Is het gezamenlijke probleem niet de hang naar de wereld, die telkens nog in ons(!) zit? Ons vlees wordt aangetrokken door de wereld, elke dag worden we verleid om toch vooral mee te doen. Het is toch ook veel makkelijker om het anders-zijn uit de weg te gaan? Petrus schrijft in zijn eerste brief dat de vreemdelingen in de verstrooiing zich niet moeten verwonderen over smaad en hoon vanwege hun vreemdelingschap. Maar, wie wil uit zichzelf die smaad en hoon ondergaan? Ik zeg maar niets, want anders krijg ik alle mensen over me heen? Ik zeg maar niets, want dat kan mijn collega niet waarderen? Ik zeg maar niets, stel je voor dat ik daardoor een negatieve beoordeling krijg op mn werk? Ik doe maar gewoon mee, want anders moet ik te veel uitleggen?

Maar, we moeten dieper. Ds. Wisselink wil buigen voor het apostolisch woord, maar hij heeft de achtergrond van het verbod nog niet scherp, zo schrijft hij. Hij snapt de achtergrond van het verbod niet. Prof. Van Houwelingen echter vindt de argumenten van Paulus maar zwak, deze overtuigen hem niet. Dat is nog een stap verder! Ds. Van Gurp heeft al geschreven hoe schokkend het is dat een hoogleraar aan de Theologische Universiteit dat mag zeggen 1). En het is schokkend, want het toont het werkelijke probleem aan: het Schriftgezag wordt aangetast. Het is immers de Heilige Geest die spreekt door het woord van Paulus? Het is immers de Here zelf die deze regel aan zijn kerk geeft? Het echte probleem is dat de zeggingskracht van de Schrift over het kerkelijk, ja over het hele leven, op deze wijze wordt ondermijnd!

Normatief voor het hele leven

In dat kader kan ook hetgeen wijlen prof. Kamphuis in 1987 zei, ons nog aan het denken zetten 2). In dit vraaggesprek stelt prof. Kamphuis dat het wettisch is wanneer je op het antwoord op de vraag of de vrouw toegelaten mag worden tot het ambt nee zegt, maar niet méér argumenten kunt aanvoeren dan het nee in de Bijbel. Man en vrouw worden maatschappelijk en staatsrechtelijk gelijk behandeld, maar in de kerk niet, omdat dat nu eenmaal zo in de Bijbel staat. Als dit nee in de Schrift het enige zou zijn waarop we teruggrijpen in deze discussie, dan is dat toch eigenlijk een teken van zwakte. De Bijbel wordt in dat geval gebruikt als wetboek. In de Bijbel staat nu eenmaal dat het niet mag, dus het mag niet.

Prof. Kamphuis maakt zijn punt duidelijker door te verwijzen naar het actief vrouwenkiesrecht en het spreekrecht op gemeentevergaderingen. Het staat niet in het Wetboek dat dat niet mag, dus dat staan we toe. Maar, het regeerambt wordt wel uitdrukkelijk uitgesloten, dus daar buigen wij ons dan (maar) voor. Prof. Kamphuis pleit juist voor een normatief gezag van de Schrift voor de inrichting van de kerk en van daaruit naar de wereld. Zoals het in de kerk is, zo moet het in de samenleving ook. Dus, de richting die vandaag de dag juist niet wordt gehanteerd. Immers, de kerk betreft de gemeenschap van de geheiligden; de nieuwe mensheid komt daar samen. De inrichting van de kerk, de regels die de Here daarvoor geeft, staan, zo zegt prof. Kamphuis, model voor de inrichting van de samenleving in plaats van andersom.

Een nee zonder meer is niet genoeg, want dit nee in de Schrift staat niet op zichzelf. Paulus grijpt hier terug op de scheppingsorde: de vrouw is er van Godswege ter wille van de man. Zij is hem tot hulp; hij is haar hoofd, om beeld van God te zijn. Het hoofd van iedere man is Christus, het hoofd van de vrouw is de man en het hoofd van Christus is God (1 Kor. 11). De vrouw kan de man tot een hulp zijn door de heerlijkheid van onderdanigheid te laten zien aan haar man, net zoals Jezus onderdanig was aan zijn Vader en de Kerk aan Christus (Efeze 5:24). Hierdoor kroont zij haar man tot koning (Spreuken 12:4, vgl. Spr. 31 over de deugdelijke huisvrouw).

Veranderende tijden

De tijden veranderen, inderdaad. Want we gaan af op de Jongste Dag, dus de geesten worden steeds meer openbaar en de duivel werkt als een bezetene. Hij en zijn boze engelen loeren als moordenaars op de kerk en haar leden en gebruiken alles wat in hun macht ligt om de kerk en haar leden te vernielen en kapot te maken (art. 12 NGB). Ontwikkelingen in de maatschappij, de wereld van het slangenzaad, zijn dus beslist geen ontwikkelingen waarin de kerk klakkeloos kan meegaan.

De tijden veranderen, inderdaad. Mogen vrouwen ook buitenshuis betaald werk doen? Hierop kunnen we niet met ja of nee antwoorden. In de geschiedenis is het nooit zo geweest dat de vrouw per se alleen het huishouden deed (zie ook Spr. 31). Het woord economie betekent zelfs huishouden. Weet je hoe dat komt? Voor de industriële revolutie waren gezinnen vaak economische eenheden. Mannen hadden een ambacht, vrouwen en kinderen bewerkten het land en samen zorgden ze zo voor het inkomen. Pas na de industriële revolutie verschoof het werk van het huis naar de fabrieken. Toen kwam er een scheiding tussen werk en gezin. Vrouwen konden niet én bij het gezin zijn én werken tegelijk. We kunnen niet zeggen dat vrouwen altijd of nooit mogen werken. Wel kunnen we zeggen dat het belangrijk is dat vrouwen hun verantwoordelijkheid nemen. En hun eerste verantwoordelijkheid ligt bij het gezin.

Niet afgeven

We schrijven dit artikel niet om maar af te geven op hetgeen we met verbijstering in andere kerkgenoot-schappen zien gebeuren. We leggen er wel de vinger bij zodat we er zelf lering uit trekken. De vraag die wij ons moeten stellen is: hoe denken wij als nieuwe mensheid over huwelijk, rolverdeling, gezinsvorming en alles wat daarbij komt kijken? Hoe staan wij tegenover de wereldse emancipatiedrift? Hoe richten wij ons gezinnen in? Wat is onze verantwoordelijkheid in het grootbrengen van kinderen als erfgenamen van Gods Koninkrijk? Zijn we bereid ook onze eigen levens, ons eigenlijk huwelijksleven, hieraan te toetsen? Zijn we bereid om de consequenties hiervan te dragen en ons werkelijk te buigen onder het juk van Christus?

Het gehoorzaam zijn aan Gods Woord kan heel concreet uitwerking hebben op de keuzes die bijvoorbeeld onze jonge broeders en zusters maken. Wanneer ds. Wisselink aangeeft dat sommige christenen de ontwikkelingen in de maatschappij niet positief waarderen, verwijst hij onder andere naar een artikel uit De Bazuin van 19 juni 2013 waarin zou staan dat meisjes een praktische MBO-studie zouden moeten kiezen. Want, daar heb je wat aan bij de opvoeding van de kinderen! De parafrase van ds. Wisselink van een bepaalde zin in het artikel doet echter bepaald geen recht aan wat in het artikel werd betoogd. Het aangehaalde artikel handelde over de studiekeuze. De studiekeuze is een voorbeeld van hoe de opdracht van de Here aan de man en de vrouw daarin mee kan wegen. Zowel voor jongens als voor meisjes mag en moet in deze keuze meewegen de onderscheiden taken van man en vrouw, zoals ons deze worden voorgehouden door de Schrift.

Dat betekent dat een jongen een studie nodig heeft waarmee hij zijn eventuele gezin kan onderhouden. Dat betekent dat een meisje rekening kan houden met het verzorgen van een gezin. Daar wijzen de huidige studie-adviseurs niet op. We willen niet zeggen dat een meisje geen universitaire studie zou mogen doen. Maar er kunnen best overwegingen zijn die leiden tot een andere keuze, van MBO of HBO. Die studies voorzien vaker in praktische vaardigheden en zijn meestal na een tijd van bijvoorbeeld niet-werken, relatief makkelijk te up-daten.

Samen

Het woord samen is al gevallen en we mogen inderdaad ook spreken over samen. Man en vrouw vormen samen immers één vlees? Ze zijn een eenheid! Samen zullen ze een afspiegeling vormen van Christus en zijn gemeente (Ef. 5:22 e.v.). Samen worden ze gezegend. Samen zijn ze verantwoordelijk voor de inrichting van hun huwelijks- en gezinsleven. In dat samen hebben de man en vrouw hun eigen onderscheiden taken. We verwijzen hierbij graag naar wat ds. De Marie in hoofdstuk 10 in brochure no. 1 van de Klankbord-reeks heeft geschreven en naar hetgeen ds. De Marie voor het voetlicht heeft gebracht ten aanzien van het Bijbels onderwijs over de door God gegeven plaats van de vrouw in de kerk 3).

We stelden in het artikel de indringende vraag of wij bereid zijn om het Bijbels onderwijs over dit onderwerp vast te houden, ondanks de smaad en hoon die ons dat kan opleveren. Laten we elkaar daarin opscherpen en elkaar aansporen, zodat we door de Heilige Geest in de waarheid van Gods Woord worden geleid. Zodat we ons hele leven, zowel bij ons taken in de maatschappij als bij onze taken in de kerk, inrichten tot meerdere eer en glorie van Gods Naam!

1) De Bazuin no. 10, 12 maart 2014

2) Met open vizier. Peter Bergwerff en Tjerk S. de Vries in gesprek met prof. J. Kamphuis in de serie de eerste generatie. De Vuurbaak, 1987

3) De Bazuin no. 7, 21 februari 2014