Rubriek: Opvoeding en Onderwijs
Schrijver: J. Sikkens-Salomons
Jaargang: 8
Nummer: 17
Datum: 2014-04-02
Terug
In het vorige artikel over de Bijbelvertelling hebben we gezien dat het belangrijk is hoe er wordt verteld en door wie er wordt verteld. Gelooft degene die vertelt zelf ook werkelijk dat Gods Woord de waarheid is? We willen vervolgens zien met wat voor houding wij vertellen. Is die houding dan zo belangrijk? Ja, we weten dat (kleine) kinderen graag imiteren. Hoe vaak zie je in je kind niet jezelf weerspiegeld, je houding, je woordkeus, de manier waarop je iets zegt. Nu, als we dat weten, weten we ook dat we bij het Bijbellezen en het vertellen een eerbiedige houding moeten aannemen. Een eerbiedige houding, een bepaalde woordkeuze wordt door kinderen overgenomen. Laat alles even los en concentreer je op het Bijbelverhaal. Niet ondertussen de deksels op de jampotjes doen, het brood in de plastic zak en de kinderen recht zetten. Is er veel onrust, wacht dan even tot ieder weer eerbiedig is en ga dan verder. Maak er ook geen haastwerk van. Liever een kort verhaal dan een afgeraffeld lang verhaal. Probeer een dag later ook eens terug te vragen: Weet je nog waar het Bijbelverhaal van gisteren over ging? Dit is ook heel goed voor jezelf. Is er wat van blijven hangen, weten de kinderen waar het om ging? Onthouden ze de hoofdzaken of de bijzaken? Begrijpen de kinderen dat Bijbelverhalen worden verteld om te onthouden? Benadruk dat gerust een keertje: Wat fijn, dat je dat nog zo goed weet. Het vertellen uit de Bijbel en het voorlezen uit de (kinder-)Bijbel heeft een grote invloed op het hele leven van kinderen en ouders. Waar zien we dat in? Allereerst in de taalontwikkeling. De woorden die worden gebruikt, de begrippen die worden uitgelegd, de moeilijke woorden die worden omschreven, dit alles heeft grote invloed op de taalontwikkeling van het kind. U hebt misschien wel eens gehoord dat de Statenvertaling een geweldig grote invloed heeft gehad op de taal die in Nederland wordt gesproken. U ziet en hoort om u heen hoe groot de invloed van de taal van de computer en de andere media is. Nu, zo werkt het ook met geloofstaal. Kinderen die daarmee opgroeien, weten steeds beter wat de woorden uit de Bijbel zoals verlossing, rechtvaardiging, barmhartigheid enz. enz. betekenen en inhouden. Onze sociale opvoeding vindt zijn grondslag in Gods gebod, namelijk: gij zult uw naaste liefhebben als uzelf. Dit gebod geldt ook voor onze kinderen. Dit gaat niet vanzelf. Onze kinderen zijn net als wijzelf in zonde ontvangen en geboren. We zijn van nature egoïsten en denken liever aan onszelf dan aan de ander. Dit moeten onze kinderen leren. Niet omdat juf dat zo graag wil of dat vader en moeder dat zo fijn vinden, maar omdat de HERE dit van ons vraagt. Het gaat dan niet om alleen maar lief te zijn voor de ander. Wij moeten ons normeren aan Gods Woord. Als kinderen gaan begrijpen hoe geduldig en verdraagzaam de HERE met ons is, dan moeten zij ook leren om iets van een ander te verdragen en dat zullen wij dan als ouders en leerkrachten moeten voorleven. Niet in de eerste plaats om kleine wereldverbeteraars te worden, maar omdat God dit van ons vraagt. En dan mogen wij ook weten dat dit uit onszelf niet lukt. Gelukkig hebben we een hemelse Vader die met al onze zwakheden en gebreken rekening houdt en geloven we in de Heilige Geest, die in ons wil werken en ons wil helpen om gehoorzame kinderen van onze Vader in de hemel te worden.Invloed van het Bijbelverhaal