Lees je Bijbel, bid elke dag


De titel boven dit artikel is een gedeelte uit een lied. Als we de hele regel lezen, staat er: lees je Bijbel, bid elke dag, dat je groeien mag. Groeien, dat is groeien in je geloof. Daarvoor is het belangrijk dat je elke dag spreekt met je hemelse Vader. Dat je Hem alles voorlegt wat je bezighoudt en dat je vergeving vraagt voor alles wat je verkeerd hebt gedaan. Maar het is net zo belangrijk om elke dag in de Bijbel te lezen. De Bijbel is Gods Woord. Daarin openbaart Hij zich aan ons. Door de Bijbel te lezen, leer je dus je hemelse Vader beter kennen. Zo leer je wat Hij van je vraagt. En vertel eens, bid je zelf elke dag en lees je uit de Bijbel? Om je met het laatste deze week te helpen, hebben we voor elke dag een stukje geschreven. Een soort dagboek dus. Doe je mee?

Een nieuw jaar

Lezen: Ps. 33

Er is net een nieuw jaar begonnen. Ook van dit jaar, 2014, belijden we dat het een jaar van de Here is. De Here die de aarde met zijn hand in stand houdt en regeert. Hij die precies weet hoeveel dagen, maanden of jaren er nog zullen komen. Aan het begin van dit nieuwe jaar heb je misschien goede voornemens gemaakt. Beter je best doen op school of stoppen met roken. De start van een nieuw jaar is een goed moment om stil te staan bij je leven. Om na te denken over hoe je het anders wilt. Maar vergeet niet dat we als christen elke dag goede voornemens moeten hebben. Elke dag weer zondigen we tegen Gods geboden en moeten we aan het einde van de dag zeggen: tegen U, U alleen, heb ik gezondigd (Ps. 51:6a). Doe je dat? Besef je wat je verkeerd doet en ga je ook echt aan de slag om het voortaan anders te doen? Of blijft het bij een voornemen? En ja natuurlijk, je blijft zondig. Je kunt je zoveel goede dingen voornemen, er zo hard aan werken en toch gaat het weer verkeerd. Maar dat mag geen excuus zijn en daar hoef je al helemaal niet moedeloos van te worden. Je mag immers vergeving vragen en weer opnieuw beginnen. En als je daarom vraagt, zal God zijn Geest geven om je te helpen. Daar mag je op vertrouwen. We lazen Psalm 33. Een psalm tot lof en eer van God. In de berijmde versie van deze psalm staat: k zal Hem nooit vergeten, Hem mijn helper heten, al mijn hoop en lust. Dat is het belangrijkste. Alles van God verwachten en met zijn hulp aan de slag met je goede voornemens!

Gelijkenis

Lezen: Luc. 18:9-14

Je hebt een bekende gelijkenis gelezen, die de Here Jezus vertelde tijdens zijn leven op aarde. Twee mensen komen naar de tempel om te bidden. De Farizeeër is maar wat trots op wat hij doet. Hij leeft volgens alle regels en geboden. Daarom dankt hij God dat hij niet zo is als alle mensen die dat niet doen. In de tempel is ook een tollenaar. Een tollenaar is iemand die de belastingen ophaalde. Vaak vroeg hij meer dan moest, zodat hij wat in zijn eigen zak kon steken. De tollenaar is voor de Farizeeër een levend voorbeeld van hoe een mens niet moet leven. Daarom vervolgt hij zijn gebed: dank U wel God, dat ik niet ben zoals die tollenaar daar. De tollenaar wist dat hij verkeerd deed en beleed dat ook voor God. De Farizeeër niet. Ook hij is zondig, maar in plaats van zich te vernederen voor God, verheft hij zich boven de tollenaar. Wat gemeen, vind je niet? Wie denkt die Farizeeër wel niet dat hij is! Maar wacht eens even! Ben je dan niet te snel met je oordeel? Wees eens eerlijk, hoe vaak per dag vind jij jezelf beter dan je medemens? Ben je blij met het goede van jezelf en veracht je de ander omdat die het in jouw ogen slechter doet? Daar hoeven we niet per se dezelfde woorden voor te gebruiken als de Farizeeër. Maar een uitroep als: pff ik ben blij dat ik niet zo ben of doe als hem/haar, kan precies hetzelfde betekenen. Bid daarom maar met de tollenaar mee: O God, wees mij zondaar genadig! Doe mij eerst de balk in eigen oog zien, dan pas de splinter bij iemand anders (Luc. 6:39-41)!

Een schat

Lezen: 2 Kor. 4:1-15

In het stukje dat je gelezen hebt, gaat het over een schat. Daarbij denken we al gauw aan veel schitterende gouden munten in een kist. Over zon schat gaat het hier niet. De schat die hier genoemd wordt, is veel meer waard. Het is de prediking van het evangelie. De blijde boodschap van vergeving en eeuwig leven met God. Die schat vind je in de kerk. De kerk waar elke zondag weer Gods Woord trouw en zuiver verkondigd wordt. Maar wie bewaart er nu een schat in een kwetsbare pot gemaakt van aarde? Dat is nu juist het bijzondere, zegt Paulus. God gebruikt zondige, kwetsbare mensen (aarden vat) om het evangelie (de schat) uit te delen en te verkondigen. Paulus doelt daarbij in het bijzonder op de ambtsdragers. Maar we mogen dit ook doortrekken naar al Gods kinderen. Allen instrumenten in Gods hand. Aarden vaten, kwetsbaar en zondig, maar als we onze taak goed vervullen toch dienstbaar en waardevol vanwege de inhoud. Alle eer komt God toe. Alles komt van Hem. Het evangelie en de kracht om het evangelie te verkondigen/uit te dragen. Je bent rijk, rijk met de schat van het evangelie. Rijk in je lidmaatschap van de kerk. Daar mag je blij om zijn. Want deze schat gaat niet roesten en geen dief kan je schat stelen. Het is een eeuwige schat!

Nochtans

Lezen: Hab. 3

Habakuk 3 is een gebed van de profeet Habakuk. Dit gebed werd gebruikt als lied in de eredienst. We weten dat, omdat erbij staat: voor de koorleider met snarenspel. Habakuk beschrijft allereerst het geweldige optreden van de Here. Hij verschijnt, Hij daalt neer, Hij strijdt en Hij verlost (vs. 1-15). Het is daarom dat Habakuk rustig kan afwachten. Hij hoeft niet bang te zijn voor de komende vijand. Want ook al zouden er allerlei rampen gebeuren, toch zal hij juichen in de God van zijn heil. Hij blijft vertrouwen op God, die de belofte van verlossing en bijstand heeft gegeven. Dat mag ook voor jou een troost zijn. Er kunnen moeilijke dingen zijn in je leven. Grote moeilijkheden en kleine moeilijkheden. Misschien ben je wel werkloos of word je gepest. In alle moeilijkheden mag je tot God vluchten. Hij zal je onder zijn vleugels nemen en beschermen. Hij zal je kracht geven, je voeten licht maken en met je gaan. Daarom, wat er ook gebeurt: nochtans zal ik juichen in de Here, jubelen in de God van mijn heil.

Geloof, hoop en liefde

Lezen: Heb. 10:19-39

Geloof, hoop en liefde. Drie bekende woorden uit de Bijbel. Je kent de afbeelding ervan vast ook wel. Je ziet het weleens aan een kettinkje. Het kruis, het anker en het hart. In het Nieuwe Testament zijn er twee plaatsen waar geloof, hoop en liefde in één vers genoemd worden. Namelijk 1 Kor. 13:13 en 1 Tess. 5:8. In het gedeelte dat je zojuist hebt gelezen, vinden we deze drie ook terug. Allereerst het geloof in vers 22. Christus heeft de weg tot God weer vrijgemaakt. Ja, Hij pleit nog altijd voor ons bij de Vader. Daarom klinkt in vers 22 de oproep om hiervan gebruik te maken. Laten wij toetreden. Eens zul je dat voor altijd doen, als je het eeuwige leven ingaat. Nu al mag je tot God komen in het gebed. Dat moet je dan wel oprecht doen, of zoals Paulus het zegt: met een waarachtig hart. In Christus bloed wordt je hart gereinigd, net zoals het lichaam gewassen wordt bij de doop. Daarom kun je vrijmoedig en gelovig verzekerd tot God komen in gebed. Vers 23 wordt ook wel het begin van de kerkelijke belijdenis genoemd. Het gaat hier over hoop. Hoop op de vervulling van Gods beloften. Zonder twijfel geloven (en belijden!) dat God zijn beloften zal vervullen. Hij is trouw, Hij kan niet liegen en heeft bovendien bij Zichzelf gezworen (zie ook Hebr. 6). Dan nog een derde oproep. Een oproep om op elkaar toe te zien als gemeenteleden. Ja sterker nog, we moeten elkaar aanvuren tot liefde en goede werken. Liefde tot God en de naaste. Je ziet dus geloof, hoop en liefde. Een driedubbele opdracht: treed toe, blijf hopen en vuur in liefde aan!

Studeren

Lezen: Deut. 6

Je hebt gelezen over het gebod om God lief te hebben. De Here Jezus noemt dit gebod later ook wel: het grote en eerste gebod. En Hij voegt daaraan toe dat je je naaste moet liefhebben als jezelf. Om van iemand te kunnen houden, moet je die persoon goed kennen. Om God goed te kennen en Hem echt lief te kunnen hebben, moet je Hem dus kennen. En je mag Hem kennen uit zijn Woord. Je ouders hebben bij de doop een belofte gegeven dat ze je zouden opvoeden tot eer van God. Over die geloofsopvoeding lezen we hier ook een stukje. Er moet over gesproken worden. Ja, het moet je ingeprent worden. Dat zullen je ouders zèlf doen, maar ze láten je ook onderwijzen. Bijvoorbeeld door middel van catechesatie of vereniging. Nu is het natuurlijk niet de bedoeling dat jij daar dan maar gaat zitten en de woorden over je heen laat komen. Je zult een actieve houding moeten aannemen. Voor een schoolexamen ga je niet alleen naar de lessen, maar moet je ook huiswerk maken. Zo is het ook met je geloof. Je ouders hebben verantwoordelijkheid, maar jijzelf net zo goed. En dat steeds meer naarmate het moment dichterbij komt dat je zelf belijdenis gaat doen. Aan de studie dus! Alleen dan leer je God kennen als je trouwe hemelse Vader en kun je Hem liefhebben met geheel je hart, geheel je ziel en geheel je kracht. Dan is er geen plaats meer voor dingen die tegen Gods wil ingaan. Maar wijd je je leven aan God. Dan kun je van harte meezingen met Ps. 50:11:Zo spreekt de Heer: al wie in dankbaarheid aan mij het offer van zijn leven wijdt, houdt Mij in eer en heeft mijn wil verstaan.

Uitnodiging

Lezen: Jes. 55

De uitnodiging die je vandaag krijgt, is een bijzondere uitnodiging. Het is een uitnodiging die je al vaker hebt gekregen. Bijvoorbeeld op zondag in de kerk, tijdens de preek. Het is een uitnodiging om te komen tot het heil van de Here. Kom, eet van het brood des levens en drink van het levende water. Je hoeft niet te betalen. Er is al voor je betaald op Golgotha. Je mag het hebben, voor niets. Stel je komst niet uit! Zoekt de Here, terwij Hij Zich laat vinden; roept Hem aan, terwijl Hij nabij is. Weet je nog de gelijkenissen die de Here Jezus vertelde over de dwaze en wijze maagden en over de genodigden die geen tijd hadden om naar de bruiloft te komen? Laat dat een les voor ons wezen. De Here Jezus komt snel. Neem de uitnodiging aan, trek je feestkleed aan en haast je naar de bruiloft van het Lam!