Hizkia is 25 jaar als hij koning wordt. Hij volgt zijn vader, koning Achaz, op. Koning Achaz was een goddeloze koning. Hij luisterde niet naar de HERE en diende allerlei afgoden. Dat is erg! Koning Hizkia vond dit ook heel erg. Hij wil zo niet leven! Koning Hizkia dient geen afgoden maar de HERE. Hij wil doen wat de HERE vraagt. Koning Hizkia besluit om de afgodendienst op te ruimen. Het volk moet de HERE weer gaan dienen. Daarom roept hij de priesters en Levieten bij elkaar en geeft hen een opdracht: alle afgoden, Syrische altaren en andere dingen die de mensen aanbidden, moeten weggegooid worden. Zelfs de koperen slang die Mozes in de woestijn had gemaakt, werd kapotgemaakt. Dat moest omdat de mensen ook de koperen slang als een afgod zagen. Nadat alles is schoongemaakt en het altaar van de HERE weer in de tempel staat, gaan de priesters en Levieten dit aan koning Hizkia vertellen. De koning is erg blij! De volgende morgen gaat koning Hizkia al vroeg naar de tempel om daar een brandoffer en vredeoffer te brengen. Tijdens het offeren spelen de Levieten op muziekinstrumenten en zingen Psalmen van David en Asaf. Er zijn ook een heleboel mensen van het volk naar de tempel gekomen. De mensen knielen. Deze keer niet voor afgoden maar voor de HERE. Uit eerbied voor Hem! Koning Hizkia besluit samen met de oudsten en priesters van de stad dat het Pascha weer gevierd moest worden. Dat was al zo lang niet meer gebeurd. Bij het Pascha denken de mensen eraan dat de HERE ervoor zorgde dat Mozes het volk uit Egypte kon leiden. Die dag moest voor altijd een gedenkdag zijn. Lees maar in Exodus 12 : 1-28. Ook de mensen in het land Israël worden uitgenodigd om het Pascha te vieren. Er gaan boodschappers door het land met een duidelijke boodschap voor de Israëlieten: bekeer u tot de HERE en kom naar het paasfeest. De mensen van Juda luisteren naar de boodschap en gaan naar Jeruzalem. Maar in het land Israël gaat het anders. De boodschappers worden uitgelachen. Een paar mensen uit de stammen van Aser, Manasse en Zebulon gaan wel naar Jeruzalem. Het is erg druk in Jeruzalem tijdens het paasfeest. De mensen vieren feest, maar … ze weten de regels van het Pascha niet goed meer. Ze vergeten bijvoorbeeld dat ze zichzelf en hun kleren vooraf moesten wassen. Ook weten de mensen niet hoe ze het paaslam moeten slachten. De Levieten moeten daarbij helpen. Dat is erg! De mensen hebben zo lang andere goden gediend, ze weten nu niet meer hoe ze de HERE moeten dienen. Ze zijn de wetten vergeten. Koning Hizkia ziet dat allemaal. Hij bidt tot de HERE en vraagt of Hij de mensen niet wil straffen want de mensen willen de HERE graag dienen. De HERE verhoort het gebed van koning Hizkia. Aan het eind van het Pascha zegenen de priesters het volk. De mensen zijn dankbaar: het volk dient de HERE weer! Koning Hizkia neemt ook maatregelen tegen oude vijanden. In de tijd van koning Achaz hadden de Filistijnen een aantal steden ingenomen. Koning Hizkia jaagt die Filistijnen weg. Ook moest de koning belasting betalen aan de Assyrische koning. Dat doet hij voortaan niet meer. Dat vond de Assyrische koning Sanherib niet goed. Sanherib stuurt een groot leger naar Juda. Het leger is zo groot dat koning Hizkia zich niet kan verdedigen. Hij probeert wel de stad Jeruzalem te versterken en hij oefent met zijn soldaten om het leger sterker te maken. Maar het helpt niet. Sanherib heeft al snel een paar steden ingenomen. Nu wil hij Jeruzalem ook nog gaan veroveren. Koning Hizkia bedenkt een plan: hij gaat Sanherib geschenken geven. Koning Hizkia hoopt dan dat Sanherib Jeruzalem niet gaat innemen. Koning Hizkia stuurt een boodschapper naar Sanherib met het bericht: Ik heb het niet goed gedaan. Laat ons met rust en ik zal u geven wat u wilt. Op deze manier zorgt koning Hizkia ervoor dat het volk weer opnieuw belasting moet betalen aan Assyrië. Maar dat is niet alleen erg. Koning Hizkia was bang voor de vijand en bedacht zelf een plannetje. Maar hij vertrouwde niet op de HERE. De HERE die zelfs de machtigste legers kan vernietigen! De volgende keer horen we hoe het verder gaat. Blijft het volk de HERE dienen? Ook lezen we wat de profeet Jesaja, namens de HERE, mag vertellen aan koning Hizkia. Jesaja en koning Hizkia (1)
De vorige keer hebben we gelezen over Jesaja. We hebben gehoord welke boodschap Jesaja aan Juda heeft gebracht en welke profetie Jesaja aan de mensen moest vertellen. Deze keer gaat het over koning Hizkia. Lees je mee?Het herstel van de tempeldienst
Pascha
Oude vijanden
Het plan van koning Hizkia