Rubriek: Voor de Jongeren
Schrijver: Annie Snippe-van der Linden
Jaargang: 6
Nummer: 20
Datum: 2012-05-23
TerugHerinner jij je het vorige artikel over engelen nog? Aan de hand van de Bijbel hebben we daarin gezien wat de oorsprong is van engelen, hoe engelen eruit zien en wat hun taken zijn. Maar ook hebben we iets geleerd over de gevallen engelen en over de rol van engelen in de eindtijd. Tot slot hebben we enkele bijbelverzen over engelen nader bekeken. Aan het einde van het artikel hebben we de opmerking gemaakt, dat er nog veel meer te vertellen is over het onderwerp engelen. Daarom pakken we het onderwerp nu verder op. In dit artikel zetten we engelen en mensen tegenover elkaar. Lees en leer je weer mee?
Dienstknecht en kind
In het vorige artikel mochten we zien dat engelen een dienende taak hebben. Zij dienen hun Schepper bij wat zij doen. Zij worden uitgezonden door hun Schepper, die ook onze Schepper is. Ja, ze worden ook uitgezonden ten dienste van hen, die het heil zullen beërven(Hebr.1:14)
Hen die het heil zullen beërven, dat zijn wij! Dankzij het offer van onze Here Jezus mogen wij straks een nieuw, wit kleed aantrekken en ingaan tot het eeuwige feest van onze God. Hoe zit dat dan met de engelen? Is de Here Jezus niet ook voor hen gestorven? Het antwoord op deze vraag lezen we in Hebr.2: 16: Want over de engelen ontfermt Hij Zich niet, maar Hij ontfermt Zich over het nageslacht van Abraham.
Dat ontfermen wijst op het offer dat de Here Jezus bracht aan het kruis. Dat offer was dus niet voor de engelen, maar voor het nageslacht van Abraham, de gelovigen.
Maar in de Bijbel wordt toch ook gesproken over uitverkoren engelen? Dat klopt. We lezen hierover in 1 Tim.5:21. Dit is ook de enige bijbeltekst waarin wordt gesproken van een uitverkiezing van engelen. Wel lezen we in de Bijbel vaker over engelen die gevallen zijn (dienstknechten van de satan) en engelen die staande gebleven zijn (dienstknechten van God). Daarover hebben we de vorige keer al wat gezegd. Konden de engelen uit zichzelf staande blijven en niet meegaan met de satan? Nee, hierin mogen we de uitverkiezing van God zien. Net zoals de zaligheid van ons mensen haar grond vindt in de uitverkiezing, zo is dat ook bij de engelen. Er is dus een groot verschil tussen de engelen en ons. Niet alleen in gedaante, oorsprong of taak. Nee, er is een veel dieper en groter verschil. De engelen zijn dienstknechten van God. Zij zijn gezonden om ons te behoeden op onze wegen (ps.91:11). Wij zijn kinderen van God. Gekocht met het bloed van onze Heiland. Hoewel de engelen steeds in de nabijheid van de Here zijn, gelden de beloften voor ons. Dat maakt stil, nietwaar?Zoals de engelen
Het grote verschil tussen mensen en engelen maakt stil. Maar daar mag het niet bij blijven. Want laten we eens goed kijken naar de engelen. Hoe voeren zij hun taken uit? Eén wenk of woord van God is al voldoende om hen de taak te laten uitvoeren. Lees maar eens mee wat er over engelen gezegd wordt in psalm 103: Looft de Here, gij zijn engelen, gij krachtige helden die zijn woord volvoert, luisterend naar de klank van zijn woord
Hoe anders is dat vaak bij ons. Dan gaat onze eigen wil voor Gods wil of doen we Gods wil terwijl we tegensputteren. Beschamend, nietwaar! Dienende geesten die hun taken trouw uitvoeren en kinderen van God die zulke rijke beloften hebben gekregen en er zo vaak een potje van maken. De catechimus neemt de engelen niet voor niets als voorbeeld. In zondag 49 wordt de derde bede behandeld. Uw wil geschiede gelijk in de hemel alzo ook op de aarde
De betekenis van de deze derde bede is als volgt: Geef dat wij en alle mensen onze eigen wil verloochenen en uw wil, die alleen goed is, zonder enig tegenspreken gehoorzaam zijn, zodat een ieder zijn taak waartoe hij geroepen is, even gewillig en getrouw vervult, als de engelen in de hemel doen.
Moeilijk? Ja, zeker is dat moeilijk. Maar het kan, kijk maar eens naar Daniël. In Daniël 6 wordt van hem gezegd dat er een uitnemende geest in hem was. Daniël was een wijs man. Die wijsheid was een bijzondere gave van God. Zo wijs zijn de meesten van ons niet. Laten we eens verder lezen. Er wordt ook gezegd dat Daniël trouw was. Er werd geen verzuim of iets verkeerds bij hem gevonden (Dan.6:5). Daniël, hij was ook maar een mens. Ongetwijfeld zijn er in zijn leven ook momenten geweest waarop hij niet zo gewillig en trouw is geweest. Er wordt in de catechismus ook niet gezegd dat we het net zoals Daniël moeten doen. Nee, de engelen worden hier ons ten voorbeeld gesteld. Als gehoorzame dienstknechten van de allerhoogste God. Laten wij dan ook gehoorzame kinderen van deze God willen zijn. Kunnen we dat? Nee, en gelukkig hoeven we het ook niet alleen te doen. De engelen strijden rondom ons en Gods Geest werkt in ons. Halleluja!De Here Jezus en de engelen
De Here Jezus is ook mens geweest. Over zijn verhouding ten opzichte van de engelen wordt uitgebreid gesproken in Hebreeën 1 en 2. Het gaat te ver om deze hoofdstukken hier helemaal te behandelen. Misschien kun je dat eens doen op de vereniging of door zelfstudie. We zullen er voor dit artikel een paar verzen uitlichten en behandelen.zóveel machtiger geworden dan de engelen(Hebr.1: 4)
De Here Jezus kwam naar de aarde om te lijden en sterven. Hij stond weer op en voer naar de hemel waar Hij nu zit aan de rechterhand van Zijn Vader. De hemelvaart van de Here Jezus noemen wij vaak zijn verhoging. Bij deze verhoging kwam Jezus ver boven de engelen te staan. De kracht, heerschappij en heerlijkheid van de verhoogde Christus gaat die van de engelen ver te boven. De schrijver van de brief aan de Hebreeën haalt vervolgens een aantal bijbelteksten aan, die bewijzen wat hij zojuist heeft genoemd. Lees maar eens mee in vers 6: en Hem moeten alle engelen Gods huldigen
Hem, dat is de Here Jezus. De engelen moeten hem dienen. Hij staat boven de engelen, alleen Hem komt alle eer toe.
Een volgende tekst:Want indien het woord, door bemiddeling van engelen gesproken, van kracht is gebleken...(Hebr.2:2)
In de Statenvertaling is deze tekst iets anders weergegeven, namelijk:Want indien het door engelen gesproken woord van kracht is gebleken...
Het door engelen gesproken woord, wat wordt hiermee bedoeld?Uit verschillende verklaringen blijkt dat hiermee de wet wordt bedoeld zoals de Here die op de Sinaï heeft gegeven aan zijn volk. In de Bijbel lezen we niets over een taak van engelen bij die wetgeving. Waarschijnlijk heeft er bij de Joden een overlevering bestaan dat de engelen bij de wetgeving een rol hebben gespeeld. Deze overlevering is in de Bijbel opgeschreven, zodat wij zouden weten dat de engelen bij de wetgeving een rol hebben gehad. De schrijver maakt hier nu een vergelijking. Als het woord van de engelen al zo’n kracht had, dat men er naar leefde en God zich eraan hield, hoe zal het dan wel niet zijn met het woord dat verkondigd is door de Here zelf? Ook in deze verzen zien we dus weer een bevestiging van het feit dat de Zoon van God hoger staat dan de engelen. Dat is niet altijd zo geweest. Lees maar eens mee in hoofdstuk 2, vers 9: Maar wij zien Jezus, die voor een korte tijd beneden de engelen gesteld was vanwege het lijden des doods
Wat een vernedering moet dat voor hem geweest zijn. Zelfs beneden de engelen, de dienstknechten, gesteld!
Hoe zit dat dan met ons? De Here Jezus werd net zoals de mensen, alleen zonder zonden. Staan wij dan ook (tijdelijk) beneden de engelen? Hebben we niet net gezien dat de gelovigen boven de engelen gesteld zijn? De tekst uit psalm 8 die de schrijver van de brief aan de Hebreeën aanhaalt in vers 7, ziet op de heerlijkheid van de engelen. Deze heerlijkheid hebben de engelen als zij voor het aangezicht van God staan. In dat opzicht zijn wij als mensen, door de zonde, beneden de engelen gesteld. Pas straks als we ingaan tot het bruiloftsfeest worden onze klederen vernieuwd en onze heerlijkheid en eer hersteld. Ook daarover lezen we in psalm 8 en in Hebr.2:7.Enkele bijbelverzen
Weet gij niet, dat wij over engelen oordelen zullen? (I Kor.6: 3)
In I Korinthe 6 wordt de lezer bestraft. Blijkbaar was het in de gemeente van Korinthe zo dat gemeenteleden hun onderlinge meningsverschillen en twisten voor de wereldse rechter brachten. Paulus bestraft dat hier en zegt dan tegen de lezer: Waarom zou u het voor een wereldse rechter brengen? Kunt u het niet onderling oplossen in de gemeente? De gemeente bestaat immers uit gelovigen die straks (bij het eindoordeel) ook over de wereld zullen oordelen (de gelovigen hebben deel aan Christus en daardoor ook deel aan het oordeel dat Christus over de wereld gaat vellen). Zouden die gemeenteleden dan niet kunnen oordelen in een kleine zaak? Om dat te bekrachtigen noemt Paulus nog een voorbeeld. Het oordelen over engelen. Als gelovigen zijn we boven de engelen gesteld, maar dat beseffen we vaak niet. We stellen de engelen vaak een eind boven ons. Daarom noemt Paulus hen hier als voorbeeld. Omdat de engelen zo ver van ons aardse leven afstaan. Als we mogen oordelen over engelen en de wereld, wat ons verstand ver te boven gaat, zouden we dan niet kunnen oordelen over kleine aardse zaken? Een wijze les, ook voor ons vandaag.
Alzo is er, zeg Ik u, blijdschap bij de engelen Gods over één zondaar, die zich bekeert(Luc. 15:10)
Dit bijbelvers laat ons zien hoe dicht de engelen bij God zijn. We willen dat duidelijk maken aan de hand van de Statenvertaling. Daar staat namelijk dat er vreugde ontstaat voor het aangezicht der engelen Gods
Voor het aangezicht van de engelen ontstaat er vreugde. Bij wie dan? Bij God zelf. De engelen kunnen deze blijdschap zien en worden daardoor ook zelf verheugd.Ik zeg u: Een ieder, die Mij belijden zal voor de mensen, hem zal ook de Zoon des mensen belijden voor de engelen Gods, maar wie Mij verloochenen zal voor de mensen, die zal verloochend worden voor de engelen Gods. (Luc.12: 8 en 9)
Na alles wat we gelezen hebben over engelen, kan deze tekst ons wat vreemd aandoen. Waarom zou de Here Jezus belijden of verloochenen voor de engelen van God? Zij zijn immers ‘slechts’ dienstknechten. We moeten hier, net zoals de Statenvertaling, de nadruk leggen op het woordje vóór. Vóór de engelen, dat wil zeggen in de hemel. Vergelijk deze tekst ook maar eens met de woorden van de Here Jezus uit Mat. 10:33: maar al wie Mij verloochenen zal voor de mensen, die zal ook Ik verloochenen voor mijn Vader, die in de hemelen is.
Daar draait het hier om en daar worden we voor gewaarschuwd. Ook wij, vandaag de dag.
We sluiten af met gezang 30. Zing je mee? Wij loven U, o God, wij prijzen uwen naam. U, eeuwig Vader, U verheft al ’t schepsel saam. Zingt serafs, englen, zingt, heft aan, gij machten, tronen, onafgebroken rijz’ uw lied op hoge tonen. Gij, driemaal heilig zijt G’, o God der legerscharen, dat aard’ en hemel steeds uw grootheid openbaren.