Eenzaam, maar niet alleen


Ik, Johannes, uw broeder en deelgenoot in de verdrukking en in het Koninkrijk en de volharding in Jezus ... (Openb. 1:9a) Wij gaan luisteren naar de openbaring die onze Here Jezus Christus aan Johannes op Patmos gegeven heeft. De Here heeft toen al aan ons en onze kinderen gedacht. Tweemaal beval Hij Johannes: schrijf wat ge ziet, wat is en wat hierna zal geschieden (1:11,19).
Voelt u zich wel eens eenzaam? Dat gevoel kan zelfs wel over u komen als u veel mensen om u heen hebt of wanneer u in een groep samenwerkt met anderen. Vooral wanneer u als christen u erop toelegt uw geloof in praktijk te brengen in uw dagelijks werk en in het leven van alledag, wanneer u zich niet schaamt voor de Here Jezus Christus en Zijn naam belijdt, kunt u vaak dat gevoel van alleen staan krijgen.
Dikwijls zullen de mensen u niet begrijpen. Of op zijn hoogst zult u beleefd getolereerd worden, maar meestal zult u geïsoleerd raken.
We horen nu in dit Schriftgedeelte dat u niet de enige bent, maar dat U staat in een lange rij van Gods kinderen, die de eeuwen door dezelfde ervaring hebben gehad. U bent omringd door een grote wolk van getuigen (Heb.12:1).
Eén van hen is de apostel Johannes. Hij was verbannen naar een eilandje in de Middellandse Zee met de naam Patmos.
U kent hem wel. Als jonge man besloot hij Jezus te volgen. Dat betekende dat hij alles achterliet en samen met de Here Jezus Christus het hele land doortrok. Hij mocht de grootse tijden meemaken van de doorbraak van het Koninkrijk van God. Hij had het voorrecht de Here Jezus Christus te dienen in de komst van dat Koninkrijk. Hij had zelfs een speciaal plekje in het hart van Jezus. Die noemde Johannes de discipel “dien de Here liefhad”.
De Here had Zijn Geest gezonden en de apostelen waren uitgegaan in de wereld met het evangelie. Wat moesten zij veel organiseren in die eerste jaren! Niet alleen de prediking van het evangelie overal in het Romeinse rijk, maar ook de instituering en inrichting en consolidatie van de gemeenten. En verder moesten de dwaalleraars worden ontmaskerd en de gemeente tegen hun invloed beschermd.
Na al dat werk van de eerste pioniertijd had Johannes jaren achter elkaar de gemeente te Efeze gediend.
Hij was dus heel druk geweest. Maar op Patmos lijkt hij aan zijn eind gekomen te zijn. Een oude man, die met gedwongen emeritaat is gestuurd, op een kaal eiland, en die daar nu niets te doen heeft.
Hij is eenzaam, zonder zijn broeders en zusters. Dat alles was hem overkomen, zoals hij zelf zegt, “om het Woord van God en het getuigenis van Jezus”, (1:9).
Hoe kwam dat? In het Romeinse rijk was geen plaats voor het christelijk geloof. Het evangelie predikte immers dat een mens de HEERE moet liefhebben en gehoorzamen boven alles. De christenen geloofden dat zij het eigendom waren van hun Heiland de Here Jezus Christus en zij brachten dat in praktijk. Dat was rechtstreeks in tegenspraak met de totalitaire aanspraak van het Romeinse rijk. Het christelijk geloof werd dan ook als een gevaar voor de staat beschouwd. Het moest uitgeroeid worden.
Johannes had natuurlijk telkens weer de kerkleden vermaand dat het onmogelijk is offers aan de keizer te brengen en tegelijk Christus gehoorzaam te zijn. Zij hadden naar hem geluisterd en zijn woord gehoorzaamd. Dat had velen van hen vervolging door de Romeinen opgeleverd.
Nu moest Johannes met zijn gevangen zijn dan ook zelf de prijs betalen voor zijn prediking.
Hij troost nu de kerkleden met de woorden: “Ik, Johannes, ben uw broeder en deelgenoot in de verdrukking en in het Koninkrijk en de volharding in Jezus”, (1:9). Dat is de boodschap voor de discipelen van de Here Jezus Christus in deze wereld: dat zij altijd verdrukt zullen worden. Dat is immers de vervulling van de woorden van de Here Jezus Christus:

    Indien de wereld u haat, weet dan dat zij Mij eer dan u gehaat heeft.... Indien zij Mij vervolgd hebben, zij zullen ook u vervolgen.... Maar dit alles zullen zij u aandoen om Mijn naam (Joh.18:18,20,21).
Uitgelachen worden, bespot worden of geïsoleerd raken – dat gebeurt omdat u behoort bij de Here Jezus Christus. Daarom zegt Johannes dat hij niet alleen het lijden met hen deelt, maar ook het Koninkrijk en de volharding. Anders gezegd: zelfs wanneer u verdrukt wordt, bent u koningen. En wij kunnen volharden omdat de Here Jezus Christus ons vast in Zijn hand houdt.
Christus heeft beloofd: Ik ben met u altijd! Alle dagen! Ook op de moeilijkste dagen.